is, met de voor Overveen bekende namen zoals Roozen, Bijvoet, Faase, Beeren en Groenendijk. In het oog springend is het graf van Anthonius Roozen, diens echtgenote en een jong gestorven zoontje. Tegen de kerk aan liggen de kindergraven en enkele forse priestergraven. Ook treft men hier, aangebouwd tegen de noordelijke zijmuur van de kerk, de Bisschoppelijke Grafkapel. Dit kapelletje kwam tot stand toen bij het overlijden van bisschop Mgr. F.J. van Vree in 1861 pastoor Schoonderbeek aanbood op de Overveense begraafplaats een grafkelder in te richten en daarvoor uit eigen portemonnee ook nog eens fl. 2000,- beschikbaar stelde. De kelder werd in 1 864 door architect Molkenboer tot kapel verbouwd. Volgens de be schrijving van Mandjes treft men binnen een eenvoudig altaar, met links en rechts de graven van bisschoppen van Haarlem: Van Vree, Wilmer, Bottemanne, Cahier, Aenge- nent, Van Doodewaard en Bomers. De andere Haarlemse bisschoppen vonden elders hun laatste rustplaats. Heiver - steijn vermeldt dat Huibers en Zwartkruis de voorkeur ga ven aan de sierlijke graftuin van de Zusters van Bosbeek. Mgr. Snickers verliet Haarlem vanwege zijn benoeming tot aartsbisschop van Utrecht. Nog steeds valt de Bisschoppelij ke Grafkapel onder het beheer van het bisdom Haarlem. Gouwen Toon Op het R.K. kerkhof te Overveen siert een opvallend graf monument, een Christusbeeld onder een sierlijk puntige overkapping, het graf van Antoon Roozen, zijn vrouw Elizabeth Roozen-van Velsen en hun zoontje Frans. Anthonius Roozen (1805-1891) is in het Overveense een bekendheid geweest. De bijnaam Gouwen Toon dankte hij niet alleen aan zijn rijkdom, maar vooral aan zijn vrij gevigheid. Zelf bollenkweker, was hij in 1933 met Elizabeth van Velsen getrouwd, een dochter uit een even bekende katholieke kwekersfamilie. Overveen was in die jaren het centrum van de bloembollensector; vooral hya cinthen werden er gekweekt. Er was in die tijd veel vraag naar bloembollen, er was nog weinig concurrentie en de arbeidslonen waren laag. Al met al waren de omstandig heden voor het bollenbedrijf uitstekend. Antoon was een uitstekende handelsman en breidde zijn bezit aan bollengrond langzaam uit. Medio negentiende eeuw is hij niet alleen de eigenaar van diverse bollentui- nen, maar wordt hij ook de opvolger van de familie van Velsen als directeur van de Overveense bloembollenvei- ling. Als veilinghouder organiseert hij zowel de groene veilingen op de tuin als de droge veilingen buiten het bloeiseizoen in Het Rechthuis. Dankzij deze veilingen vin Rechts achter is het bijzondere praalgraf te zien van Anthonius (Gouwen Toon) Roozen, zijn vrouw en zoontje. den de bloembollen dan via handelaren hun weg over de hele wereld. Dat het Gouwen Toon voor de wind gaat, blijkt uit schen kingen die hij doet tijdens de bouw van de katholieke kerk aan de Korte Zijhveg in 1856. Als gelovig parochiaan schenkt hij kruiswegstaties van de hand van Brouwer en diverse beelden. Verder geeft de weldoener in 1888 de prachtige, koperen doopvont, een pronkstuk dat de kerk nog steeds siert. Naast het schenken van pracht en praal is Antoon, tot zijn overlijden in 1891, tientallen jaren kerk meester van de parochie geweest. De begrafenis van Gouwen Toon in 1891 trekt veel be langstelling. Aan zijn groeve spreekt onder anderen een bekende Krelage over Toons succesvolle leven, aldus De Tijd van 16 december 1891: 'Wanneer men na den krachtigen en hartelijken handdruk de stoelen bij het haardvuur geschoven, of in zijn geliefde serre aan de Zijl- weg naast hem gezeten, vader Roozen het oud-vaderland- sche pijpje zag uitkloppen en weer aansteken en zijn ge zonde opmerkingen vol levenswijsheid hoorde, beleefde men kostelijke ogenblikken'. Ontleend aan Bloeiende Bedrijvigheid van Marcel Bulte en Wim Post (De Vrieseborch Haarlem) Ons Bloemendaal, 26e jaargang, nummer 3, herfst 2002 17

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 2002 | | pagina 17