De kinderen von Nico Eldering en Adriana Eldering-Huysser in de ezelswagen in de tuin van Oud-Zomerzorg. laan- Bloemendaalse- weg, in de grote villa Beek en Duin. Nu staat er een flat. Mijn groot vader was al vroeg overleden; haar kinde ren, allen bollenkwe- kers, woonden bij haar in dat enorme huis. Aan de andere kant stond villa Djember, en aan de overkant daar van stond een oud koetshuis met een gras veld eromheen. Ik ben getrouwd in 1925, met een dochter van A.C. van der Schoot, een grote bol- lenkweker en -expor teur uit Hillegom. We zijn gaan wonen op de Julianalaan, in een van de eerste huizen die daar zijn gebouwd en die ik zelf op tekening heb gezet. Oorspronkelijk waren het twee huizen onder een kap, maar oom Simon heeft er nog een huis tussen laten zetten. Swastika (nu: de Meierij) was er toen ook al en tegenover het Stoop's Plein stond een grote dubbele villa. Meer huizen waren er toen nog niet. Vlak naast het witte huis in de diepte, het latere huis van grootmoeder Eldering, stond de oude bollenschuur; die was oorspronkelijk een overblijfsel van een garenblekerijwaar er meer van waren in deze gemeente. Toen het in de bouw een beetje stil was, gingen we huizen voor de verkoop bou wen. Inmiddels was Rijnierse eigenaar geworden van al die grond, ook van het terrein rond die oude garenbleekschuur. Alles werd gesloopt en er kwam een blok van vijfhuizen voor de verkoop voor in de plaats. Door mij getekend en door de firma gebouwd. Bij de sloop van die oude garen bleekschuur stootten wij bij het grondwerk op oude spoel bakken waar het vlas in werd gewassen. Die bakken waren trapsgewijs op elkaar gestapeld. Er liep een duinbeek langs de Julianalaan, en dat beekwater liep van de bovenste bak via de andere bakken naar beneden. Dan was dat vlas wel schoon. Die bakken waren helemaal betegeld. Prachtige te gels. Daarvan heb ik ongeveer vijftig stuks heel voorzichtig met een beiteltje eruit kunnen halen. Over de bollengrond is, zonder afgraven, duinzand gestort vanaf het begin van de Zeeweg. Dat ging met een treintje met smalspoor. Dat treintje zes aanhangwagentjes vol duinzand en een locomotiefje dat wij Klaas noemden kwam van boven naar beneden. Goede remmen zaten er niet op, een stuk hout voor de wielen moest genoeg zijn. Om de haverklap liep de trein uit de rails; dan moest het zand er weer uit, wagentjes weer in de rails, zand er weer in. Die trein kwam met een behoorlijke vaart de helling af. Er liep iemand met een rode vlag en met een bel vooruit om te waarschuwen dat Klaas eraan kwam.Tot voorbij Stoop's plein is de Julianalaan opgehoogd met duinzand. De aldus opgehoogde weg doorsneed de er naast gelegen bol lenvelden. Als je die grond wilde bebouwen, moest je het eerst zelf met zand ophogen. Vervoer Er ging van het station Haarlem een omnibus, een bus met twee paarden ervoor; die was opgezet door meneer Bram Koolhoven. Die omnibus liep van het station Haarlem, via de Kleverparkweg naar de grote Markt. Hij stopte bij hotel Brinkman, daar werd dan op de toeter geblazen door Hein Toornend, die achter op de bus stond. De reis ging verder over de Zijlweg via de Bloemendaalseweg, tot aan het Kerk plein in Bloemendaal. Daarna kwam de E.N.E.T. pas naar Bloemendaal; dat waren blauwe trammetjes met smalspoor en die schommelden ver schrikkelijk. Je kon er behoorlijk zeeziek in worden. De E.N.E.T. reed vanaf station Haarlem via de Kleverparkweg en Kleverlaan tot aan De Knip (later Melkinrichting Houtgraaf) en is later doorgetrokken naar De Ritsthoek. Er ging ook een trammetje van het station Haarlem naar het eind van de Julianalaan bij de dikke boom. Wij woonden er toen al en dan zag je soms dat ding zwabberen. En nog later kwam de NZH met een gele tram via de Zijlweg tot aan de spoorweg. Ons Bloemendaal, 28e jaargang, nummer 1, lente 2004 35

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 2004 | | pagina 37