Doorrit vanuit het westen, met ernaast de garage, tevens woning van de chauffeur en zijn
gezin. In de verte 'de ijskelder'.
Saconnex bij Genève geboren.
Tante Lily werkte vlak na de oorlog op Overbeek, het jon
gensinternaat, voordat ze met ons meeging naar Zwitser
land.
Mijn vader was zenuwarts en hield praktijk in het Diacones-
senziekenhuis en ook aan huis in Haarlem. Mijn moeder
was van Spaanse afkomst en heette voluit Gracia Carasco y
Martinez de Castilla. Martinez de Castilla is haar naam van
moederskant. Ik ben de oudste van vier kinderen en gebo
ren in december 1929, in de kerstnacht; dat was wat voor
mijn ouders.
Mijn man Jan Brandt spreekt geen Nederlands. Hij is schei
kundig ingenieur en een hartstochtelijk zeiler. Zijn vader
was jurist, geboren in 1885, en 98 jaar oud geworden. Mijn
man's familie was Hollands, maar van Deense afkomst.
Brandt is ook een Duitse naam, en Zwitsers en Frans en
Nederlands. Een Hollandse oom was Hoofd van de Spoor
wegen. Zijn grootvader was burgemeester van Velp. De
familie Brandt was onder meer geparenteerd aan La Bou-
chère, ook Hugenoten.
De oorlog
In de Tweede Wereldoorlog werden we door de Duitsers
geëvacueerd en ondergebracht op de Militairenweg in
Overveen. Na een paar weken heeft mijn vader toch kans
gezien om weer naar Lindenheuvel terug te keren. Hij heeft
gedaan gekregen dat Lindenheuvel tot Zwitsers grondgebied
werd verklaard en dus neutraal terrein was, waar de Duitsers
niet mochten komen. Wel hebben ze aan de buitenrand bij
de Hoge Duin en Daalseweg een serie bunkers gebouwd.
Soms werd er teveel hout gerooid in het achterliggende
duingebied. Dan kreeg je een probleem, want de bomen
moesten de grond vasthouden om verzakking en verstuiving
tegen te gaan.
In november 1943 ben ik ernstig ziek gewor
den, een acute blindedarmontsteking. Ik ben
's nachts per ambulance naar het St. Elizabeth
Gasthuis vervoerd. Onderweg besefte ik voor
het eerst dat ik dood kon gaan. Ook had ik een
bijna-dood ervaring, met het gevoel dat je door
een donkere tunnel gaat en licht aan het einde
ziet. Ik werd geopereerd door een oude chirurg
die mij met zijdedraad weer heeft dichtgenaaid.
Zijde gebruikten ze haast niet meer, maar toen
was er niets anders beschikbaar. Het is een lelij
ke wond gebleven. Pas na de oorlog, in septem
ber 1945, toen we met vakantie waren in Zwit
serland, hebben ze penicilline gebruikt om die
wond echt goed te laten genezen.
Tijdens de oorlog was het Kennemer Lyceum
bezet door de Duitsers en moesten de kinderen naar de HBS
of het gymnasium in Haarlem. Vanwege de beperkte capaci
teit van de scholen gingen we de ene week 's morgens en
de andere week 's middags naar school. Aan het begin van
de Zijlweg hadden de Duitsers een controlepost gemaakt. De
kinderen moesten zich legitimeren met een etiketje dat om
hun hals hing. Ieder van ons had een paar adressen bij zich
waar we bij luchtalarm naar toe konden gaan.
In het voorjaar van 1945 was de lucht één grote vloot van
vliegtuigen. Een keer hebben we achthonderd toestellen
geteld. We namen ook de tijd op. Als het maar even duurde
voor ze terug kwamen waren de bombardementen waar
schijnlijk in het oosten van ons land geweest. Als ze heel
lang weg bleven hadden ze ver in Duitsland gebombar
deerd.
Mijn moeder zei vaak: 'Je mag niet alle Duitsers moffen
noemen. Er zijn ook goede en hele goede Duitsers.' Elke
avond bad mijn moeder met ons voor alle slachtoffers, ook
de Duitse.
Bij een bombardement op Haarlem is het gezin van meneer
Scheffer getroffen. Hij deed veel werk bij ons. Hij was stof
feerder en schilder, maar hij kon nog veel meer. Hij had
twee kinderen, een dochter van mijn leeftijd en een zoon in
de leeftijd van mijn broer. Met het bombardement is zijn
zoon omgekomen en zijn dochter ernstig gewond.
Zijn vrouw was ook gewond en had een zenuwinzinking.
Mijn ouders hebben hun dochter opgenomen op Linden
heuvel. Het arme meisje huilde veel, verschrikkelijk. Ik
vond het heel moeilijk. Ik was een jaar of 13-14. Ik vroeg
mijn ouders wat ik moest doen.
Onafhankelijkheidsdag
Het is best mogelijk dat mijn moeder tante Nel heeft laten
komen als er problemen waren, of als er iemand ziek was.
8
Ons Bloemendaal, 28e jaargang, nummer 2, zomer 2004