draadversperring over de weg, met wachthuisjes aan weerszijden van de door gang. Er was echter geen sterveling te bekennen. Ook de Zeeweg werd blijkbaar niet bewaakt en zo rede neerden wij - was dus geen verboden terrein. Zo mar cheerden twee overmoedige jongetjes op die zesde mei langs de verlaten Zeeweg richting zee en strand. Een keer of wat verstopten we ons - dat leek ons raadzaam bij het passeren van een Duitse vrachtwagen. Halverwege zagen we een bunker met een stalen koepel en een kanon aan de linker kant, in de tweede bocht - en helemaal aan het einde, vlak voor het volledig ontmantelde Bloemendaal aan Zee, een betonnen muur dwars over de rijbanen. Het laatste stuk hebben we gerend en onder een stralende zon stonden we even later ademloos met knikkende knieën maar opgetogen op de boulevard en lag de Noordzee aan onze voeten. Het strand was onherkenbaar, stond vol palen, hekken en andere obstakels en op de duintoppen zagen we overal bun kers en dreigende kanonlopen. De plotselinge aanblik van zee na zo'n lange tijd, die geluiden en geuren we hebben het opgezogen en vonden het fantastisch! En toen kwam er langs de boulevard plotseling een donker blauwe DKW aanrijden, waaruit een grote witte vlag stak en die bij ons stopte. Een oudere man met een oranje band om z'n arm sprak duidelijke taal: wat we gvd daar deden, hoe we daar kwamen, dat het hier streng verboden was en le vensgevaarlijk, en nog zo het een en ander, en dat we ach- ter-me-kaar moesten instappen. De man was van de Binnen landse Strijdkrachten, vertelde hij ons, en omdat hij papieren moest overhandigen aan de Duitse commandant in IJmuiden, voerde hij ons via een lange, smalle betonweg achter de eerste duinenrij naar een groot ondergronds bun kerdorp, Langerak genaamd, een eind voorbij het latere Parnassia. In mijn herinnering een adembenemende tocht langs versperringen, bunkercomplexen, wachtposten, zoek lichten en Duitse militairen, die lagen te luieren in het zon netje, We vielen daar achter in dat DKW-tje van de ene ver bazing in de andere, over wat daar allemaal op en onder het zand was gebouwd. Dit was dus, zoals we later hoorden, de Atlantikwall...' (Citaat ontleend aan Bloemendaal 40-45.) Bewaakt door Canadezen, slechtten Duitse krijgsgevangenen de tankmuur bij 'Stoops Bad'. Opname mei/juni 1945. Het tot ontploffing brengen van mijnen, versperringen en bunkers was een normaal verschijnsel in de jaren na de oor log. In de hete zomer van 1947 bijvoorbeeld moesten de badgasten regelmatig van het strand als weer eens mijnen en versperringen werden opgeblazen. Er is op grote schaal geruimd en dat was niet verwonderlijk. Men wilde de spo ren van de oorlog en van de Duitsers zo snel mogelijk uit wissen en het behoud van de fortificaties werd nauwelijks overwogen. Bronnen Van bijzonder van belang, en daarom hier een speciaal woord van dank aan zijn adres, bleek de door dhr. H. Grootegoed verstrekte informatie en het door hem beschikbaar gestelde documentatiemateriaal. Voorts werden geraadpleegd: - Diverse auteurs: D-Day, Uitgeverij Salamander books. - Dr. L. de Jong: De Bezetting, Uitgeverij Querido, 1963. - Ons Bloemendaal, historische werkgroep: Bloemendaal 40-45, in 1995 uitgegeven door de Gemeente. - Carin van Riessen: Bloemendaal 1940-1945, maart 1995. - Rudi Rolf: Bunkers in Nederland, Uitgeverij Talsma. Websites met informatie over o.a. de Atlantikwall: www.forten.info www.Wn2000.nl www.wovij.nl www.wgboa.com www.donderduinen.nl www.bun- kerbehoud.nl www.west-vlaanderen.be/raversijde en www. openmonumentendag .nl Ons Bloemendaal, 28e jaargang, nummer 3, herfst 2004 11

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 2004 | | pagina 13