In Rome ontmoet hij de Nederlandse beeldhouw ster Julie Mijnssen, die als eerste vrouw een 'Prix de Rome' heeft gekregen. Zij trouwen in 1900 en vestigen zich in Nederland. In 1904 laten zij in Aerdenhout een huis met twee ateliers bouwen: villa Erdölak Boshuis. Scheepsreizen Door contacten met reders van de Stoomvaart maatschappij Nederland (SMN) en de Koninklijke Nederlandse Stoomboot Maatschappij (KNSM) wordt Mendlik de gelegenheid geboden reizen met hun schepen te maken. In 1904 vaart hij voor de eerste maal op de Atlantische oceaan. Andere reizen brengen hem naar de Middellandse Zee, Nederlands Oost- Indië, Zuid-Amerika, West- Indië en elders. Hij wordt zeer bevaren en maakt veel avonturen mee. Slecht weer deert hem niet, een vlakke zee kan hem nauwelijks boeien. Aan boord werkt hij hard: per dag maakt hij vier of vijf schetsen, aquarellen of kleine olieverfschilde rijen op paneel. Kritieken Na üiuiskomst werkt hij zijn verzamelde impressies met olieverf op doek uit in het atelier. Kunsthandelaren als Van Wisselingh, Martinus Liernur en Leffelaar leren zijn werk kennen en stellen het regelmatig ten toon. Via de eerste ver koopt hij in de loop der jaren zestig schilderijen. De pers besteedt aandacht aan zijn werk, vaak in zeer positieve com mentaren. Zijn naturalistische weergave van golven in be weging en zijn kleurgebruik worden veel geprezen. Maar er is ook kritiek. Zo schrijft in 1923 De Telegraaf: 'Mendliks marines laten geen ruimtebeelding zien. Mendlik versmaadt de zee met schepen te bevolken'. Kopers van het werk zijn veelal particu lieren woonachtig in Kennemerland. Zijn faam verspreidt zich snel in Aerdenhout en omgeving. Musea hebben het niet aangekocht, waarschijnlijk omdat de schilderijen niet verhalend zijn. Bezoe kers zouden er, op enkele uitzonderingen na, niet door worden geboeid. Tot die uitzonderingen behoren in ieder geval (ex-) zeevarenden. Zij herkennen de beelden van golfbeweging en kleuren, die specifiek zijn voor een bepaald zeege bied. Het water op Mendliks doeken is Stonn op de Atlantische Oceaan. In 1954 woont Mendlik 50 jaren in Aerdenhout. De gemeenteraad van Bloemendaal besluit voor de somma van fl. 2600,- dit zeegezicht van hem aan te kopen. In 'Storm op de Atlantische Oceaan' heeft Mendlik al zijn ontzag voor het natuurgeweld van de zee vasti niet statisch of verstild weergegeven maar leeft zoals de zee man het ziet of in zijn geheugen heeft opgeslagen. Je zou kunnen zeggen dat Mendlik portretten van de zee heeft geschilderd. Ze zijn zeer herkenbaar en karakteristiek, zoals hij ook in de periodes waarin hij wat langer aan de wal is, zoals bijvoorbeeld tijdens de wereldoorlogen, leven de personen portretteert,. Op de academie in Boedapest heeft hij de vaardigheden verworven om technisch knappe portretten te maken. Oscar Mendlik heeft in totaal zo'n 270 portretten gemaakt, naast een productie van meer dan 650 zeegezichten. Foto's: de heer W. Plat, Den Haag tenzij anders vermeld. Villa Erdölak in Aerdenhout in 1951 AvK Ons Bloemendaal, 29e jaargang, nummer 1, lente 2005 13

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 2005 | | pagina 13