Een bijna vergeten episode
Het Noodziekenhuis
DOOR MEVROUW t. jEPSEN-FlOHIL
Met haar herinneringen aan de periode dat ze in het Bloemendaalse
noodziekenhuis werkzaam was, biedt mevrouw Jepsen-Flohil een wel
kome aanvulling op hetgeen Carin van Riessen in haar boek over
Bloemendaal in de Tweede Wereldoorlog beknopt beschreef.
"De Overveense huisarts WD. van Oldenborgh richtte,
samen met andere huisartsen in de omgeving, in september
1944 een noodziekenhuis op in Hotel Van Ouds het Raad
huis in Overveen. Ook een paar zenuwartsen, zoals ze toen
werden genoemd, de artsen Koene en Ledeboer, stuurden
hun patiënten.
Behalve dokter van Oldenborgh waren er een hoofdver
pleegster, drie gediplomeerde verpleegsters, een kok en zijn
maat, een apothekersassistente, een hoofd van de huishou
ding, en een hoofd van de administratie, en ongeveer veer
tig vrijwilligers aan het werk. De meesten van de vrijwilli
gers kwamen net, of in voorgaande jaren van school, ken
den elkaar van sportverenigingen of woonden in Overveen.
Er hoefde geen oproep te worden gedaan. Wij stroomden
massaal toe!
Mijn vader was, zoals ik wel verwachtte, zorgelijk over mijn
plannen er te gaan werken. De grapjes over het huren van
een gemeubileerde kamer op de roeivereniging of de hoc
keyclub, verstomden bij zijn gedachte aan lange werkuren
en fietsen in het donker over de Elswoutslaan en ingekwar
tierde Duitse militairen tussen het ziekenhuis en thuis.
Het feit dat ik in geval van nood tenminste omringd zou
worden met zorgzame medische deskundigheid, moet de
doorslag hebben gegeven.
Nadat op een avond, toen ik nachtdienst had, mijn fiets
voor het ziekenhuis werd gestolen en een andere fiets niet
meteen kon worden gekocht, heb ik dagelijks door de Els
woutslaan gelopen, heen en terug.Ik telde bijna altijd de
bomen, en nooit met hetzelfde totaal. Ik heb aan de donkere
en koude wintermaanden toch de warmste herinneringen.
Hoewel het leven onder de bezetting beangstigde en de
wandeling naar Overveen en terug, heel eng en wellicht
gevaarlijk was, genoot ik van mijn eerste baan!
Er moeten wel, met zoveel ongediplomeerd en soms onge
disciplineerd 'werkvolk' problemen en ruzies zijn geweest.
Maar wanneer ik naar de foto's kijk en naar al die niet ver
geten gezichten, dan zou ik, zelfs zonder de namen die ach
terop staan te lezen, weten wie ze zijn en hoe goed de stem
ming altijd is geweest.
Waar we allemaal in dat laatste oorlogsjaar uniformen van
daan haalden, begrijp
ik nog niet; geleend,
gekregen, door som
mige moeders in el
kaar gezet maar zeker
niet gekocht. De slui
ers uit een sloop, slo-
penknopen uit oma's
naaimandje, een zand
loper aan een ketting
om de hals en klaar,
om de zieke mens te
redden.
We hadden allemaal
een schrift voor de
cursus van de hoofd
zuster maar ons eerste
werk was schoonma
ken, schrobben, poet
sen en inrichten. De
meubels waren groot
De man met bril op rij 2 is Van Oldenborgh; de auteur zit als 2de van links in de bovenste rij. en van hout, de bed-
18
Ons Bloemendaal, 29e jaargang, nummer 1, lente 2005