In 1939 ging het kersverse Hongaars Strijkkwartet een maand op tournee
naar Noord-Afrika, de foto is genomen in Marokko. Van links naar rechts:
Moskowsky, Palotai, Szckeiy. Koromzay (Foto's particulier bezit).
leden van het Hongaars Strijkkwartet weigerden lid te wor
den van de Kulturkammer en mochten daardoor niet meer in
het openbaar optreden. De leden bleven in hun levenson
derhoud voorzien door lesgeven en huisconcerten.
Aanvankelijk gaf Moskowsky meestal recitals in allerlei
plaatsen in het land. Hieraan waren verzetsactiviteiten ver
bonden, zoals uitwisseling van identiteitspapieren en voed
selbonnen. Na Dolle Dinsdag en de daarna volgende hon
gerwinter werd de toestand steeds nijpender. De musici
werden geconfronteerd met gebrek aan voedsel, maar ook
met honger naar kunst. Vele Bloemendalers snakten naar
afleiding, naar de concerten die ze zo waren gaan missen.
De heer de Jong Schouwenburg nam toen het initiatief een
serie besloten concerten te organiseren. Zijn vrouw Nancy
de Jong Schouwenburg-Brandt stelde haar huis in
Aerdenhout gastvrij open en haar voorbeeld werd gevolgd
door andere grote huizen in de buurt. Deze concerten
moesten in het geheim plaatsvinden omdat er altijd meer
aanwezigen waren dan de toegestane twintig. In de diepste
kou van de winter werden zodoende vrij vaak huisconcerten
georganiseerd maar de honorering in guldens kon het
hongergevoel niet meer verdrijven. De honoraria gingen
over in natura. Aan het eind van elk concert stond in de hal
een mand waar broden, rijst en bonen konden worden
gedeponeerd. Na afloop kon het kwartet dan elk een kwart
aan de strijkstok laten hangen. Een vaak aanwezige oudere
heer dutte met enige regelmaat in tijdens gevoelige frasen.
Eens werden de luisteraars tijdens een concert opgeschrikt
door luid gesnurk. Alle ogen. richtten zich op de slapende
heer, maar bij nader luisteren kwam het geluid ergens
anders vandaan: het proviand varken in de kelder had het
woord genomen.
De grote tijd
Na de oorlog bleek er veel vraag naar optredens van het
Hongaars Strijkkwartet. De ene buitenlandse tournee volgde
op de andere. Het kwartet kreeg wereldnaam, naast het
Amadeuskwartet. In 1946 werd de dochter van de
Moskowsky's geboren. Mevrouw Moskowsky ging niet
meer mee naar het buitenland, maar wel verhuisde de fami
lie in 1949 met het kwartet naar Los Angeles, waar de leden
een aanstelling hadden gekregen als docenten aan de
University of Southern California. Ook het jonge Juilliard
Kwartet uit New York verbleef enkele malen in Los Angeles.
Bij deze gelegenheden waren er onderlinge ontmoetingen,
er werd over en weer voorgespeeld, er vielen soms over en
weer spelers voor elkaar in. De leden van het Juilliard
Kwartet zijn niet echt in de leer geweest bij het Hongaars
Strijkkwartet, het waren geen master classes avant la lettre.
De naam van het Hongaars Strijkkwartet was groot gewor
den. Het werd overal ter wereld gevraagd, de leden speel
den op instrumenten van grote naam. Szekely, de zetter van
toon en trend, had een Stradivari en Moskowsky, de bren
ger van de warme klank, een Guarneri del Gesu.
Moskowsky had het instrument zelf in bezit.
Na vijf jaar keerden Mevrouw Moskowsky en haar dochter
tje naar Nederland terug. Moskowsky bleef achter in
Amerika en reisde over de wereld. Tijdens een verblijf naar
Nederland vertelde hij te willen scheiden. Later is hij her
trouwd en in Engeland gaan wonen. 'Onze' mevrouw
Moskowsky en haar vroegere echtgenoot bleven elkaar ech
ter nog vrij vaak zien en onderhielden een goede relatie.
Moskowsky verliet het Hongaars Strijkkwartet in 1958. Het
kwartet kende nog twee nieuwe samenstellingen tot het in
1972 werd opgeheven. Alexander Moskowsky overleed
plotseling in 1968.
Muzenforum
De huisconcerten in Bloemendaal hadden in de oorlogsjaren
een blijvend diepe indruk gemaakt. Na de oorlog konden ze
niet meer worden gemist. De kamermuziek mocht weer
vrijuit ten gehore worden gebracht. In 1946 ontstond de
Stichting Muzenforum die de concerten verder bleef organi
seren. In 1965 werd het Gemeentehuis gevestigd op de
tegenwoordige plaats en de ruime en lichte hal de vaste
concertzaal. Er kwamen kaarten en abonnementen.
Mevrouw Moskowsky houdt daarbij nog altijd een oogje in
het zeil. De bezoekers hoeven inmiddels de musici niet
meer te foerageren, integendeel, ze krijgen nu zelf zelfs kof
fie.
28
Ons Bloemendaal, 30e jaargang, nummer 3, herfst 2006