Het leven van een stroper gaat niet altijd over rozen maar blijft opwindend in nachtelijke tochten door het duin het gezag ontwijkend, op zoek naar buit en in de hele vroege ochtend weer terug naar huis in Haarlem ofIJmuiden www.onsbloemendaal.nl nr. 4 winter 2013 25 legen A, J, Bersee Jr. te Bloemendaal, is proces-vei baal opgemaakt wegens het vervoeren van een faisant.. Bersee werd door een paar jachtopzieners in het duin aangetroffen en vluchte in een bosehjedoch werd tia eenig zoeken door de jachtopzieners gevonden. ^i) ontdekten dat de linker broekspijp opgevuld was en een onnatuurlijke dikte vertoonde, hetgeen hun ver dacht voorkwam, waarbij zij besloten B. te fouilleeren. B. wilde dit echter niet toestaan. De jachtopzieners namen B. daarop mede naar het. bureau van politie te Overveen alwaar bovenvermelde vogel uit de broekspijp te voor schijn kwam. die door de jachtopzieners in beslag werd ge nomen. B. was hier heelemaa! niet over gesticht en pruttelde zoo iets van: dat scheelt mij weer een daalder. Verder werden verschillende processen-verbaal opgemaakt wegens loopen over verboden groud, vervoeren en herstellen van wildstrikken, waaruit men kan opmaken, dat het seizoen voor de stroopers geopend is. Men hoort van de jacht opzieners, dat in geen jaren zooveel gestroopt is als nu. Uit: Het Bloemendaatsch Weekblad (10 september 1909) ook hard nodig, vindt Van der Werff: 'Die stropers zijn niet te vertrouwen. Het zijn kerels die ineens woest kunnen worden. Ze komen met een stok of een mes op je af. Ik blijf altijd op een afstand staan, met mijn geweer op ze gericht. 'De stropers snijden in de winter lange iepentwijgen langs de beek van Caprera af, steken die in konijnenholen en halen ze er weer uit. Als er konijnenhaar aan zit gaan ze graven, twee, drie meter de grond in. Dat is een gevaarlijke bezigheid, want de diepe randen van een zandkuil kunnen instorten en de stroper bedelven. Als Piet zo'n stroper opspoort, roept hij over zijn gerichte geweerloop heen:'Man, waar ben je mee bezig? Je graaft je eigen graf.' Zigzagger Jan de Weers is de beruchtste stroper en komt als enige uit Haarlem. Hij staat bekend als een echte schoft. Als hij een borrel op heeft, steekt hij met messen. Hij komt lopend naar Caprera. Daar zet hij strikken, hangers, op de looproutes van de konijnen langs de grens van het weiland en de beboste duinrand. Die hangers zijn lussen van gevlochten koperdraad. Als je er goed op let kun je ze zien, vooral bij wolkenloze volle maan. Na het strikken zetten, verdwijnt Jan de Weers in het duin. Daar moet hij jachtopziener Jan Bakker met zijn grote bouvier zien te ontlopen. Als Bakker hem op een vroege zondagochtend in de gaten krijgt, stuurt hij de hond op hem af. De bouvier bijt hem zwaar in zijn been, maar De Weers rukt zich los en weet te ontsnappen. Zo komt hij met een afgescheurde broekspijp en zijn hele been onder het bloed het achtererf van rentmeester Van der Werff opgerend. Daar treft hij alleen dochter Nel. Hij begint te schreeuwen tegen haar en eist geld voor de bus om naar Haarlem te gaan. Nel schrikt zich wild en is blij als haar broer Frans naar buiten komt. Maar gelukkig keert hun vader net terug uit de kerk. Rentmeester Van der Werff roept: 'Wat doe jij hier?' De Weers:'Die rothond van Bakker heeft mij te pakken gehad. Wat heb jij een mooie dochterl'Van der Werff briest: 'Wat heb jij met mijn dochter te maken?' De Weers wisselt net zo vlot van onderwerp als hij zigzaggend door de struiken aan het vizier van jachtopzieners en rijksveldwachters ontsnapt: 'Dacht je soms dat ik geen geld had?' Hij haalt handen vol dubbeltjes en kwartjes uit de zak van zijn gescheurde manchester broek tevoorschijn. Van der Werff gaat er niet op in en roept woedend:'Nou van het terrein af of ik schop je eraf.' Ja, het leven van een stroper gaat niet altijd over rozen maar blijft opwindend in nachtelijke tochten door het duin, het gezag ontwijkend, op zoek naar buit en in de hele vroege ochtend weer terug naar huis in Haarlem ofIJmuiden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Ons Bloemendaal | 2013 | | pagina 25