7
heer Honig mededeelt, dat hij van dezelfde meening is als
de heer Van den Berg en bijvoorbeeld een termijn van
twee jaar niet te kort zou achten.
De heer Van den Berg doet echter het bepaalde voorstel
om een termijn van hoogstens een jaar voor de demping
te stellen, welk voorstel voldoende wordt ondersteund.
De heer Dr. Droog wijst op het bezwaar, dat de huur-
der misschien niet zal willen medewerken, ook de heer
Van Meeuwen acht deze tijdsbepaling hierom een over-
wegend bezwaar, en zou het beter oordeelen dat Burge-
meester en Wethouders eerst de familie Dölleman over
deze zaak hoorden.
Als de Voorzitter eveneens als zijne meening uitspreekt,
dat de familie Dölleman die voorwaarde niet zal kunnen
aannemen, betoogt de heer Honig, dat zij hare bezwaren
bij den Raad kan inbrengen en deze aan die bezwaren kan
tegemoetkomen, spreker acht dezen gang van zaken beter,
dan dat Burgemeester en Wethouders eerst nog met de
familie Dölleman moeten onderhandelen.
De heer Van den Berg zet nader uiteen, dat het zijne
bedoeling is, dat voorloopig alleen de sloot gedempt wordt.
De heer Van Wickevoort Crommelin geeft als zijne
meening te kennen. dat de gemeente niet met den huur-
der te maken heeft en dat het regenwater de eerste twee
jaren gemakkelijk wegzakt in eene gedempte sloot, zoodat
nog geene kolken in het voetpad behoeven gemaakt te
worden.
De heer Höcker vraagt met het oog op latere plaatsing
van straatkolken, of in het voetpad langs de Camplaan
geene kabels liggen, de Voorzitter beantwoordt deze vraag
bevestigend, maar deelt mede, dat dit geen bezwaar is.
Vervolgens wordt met 8 stemmen aangenomen het amen-
dement van den heer Van den Berg om in voorwaarde 9
van het ontwerp-besluit de volgende wijzigingen aan te
brengen achter de woorden „Door consessionarissen zal
worden ingevoegd de woorden Hbinnen een jaar na dag-
teekening van dit besluit" en achter de woorden „gedempt
worden, en" worden ingevoegd de woorden „bij aanvang
van den eersten bouw."