11
VIII
Mededee-
lingen.
IX
Rondvraag.
Herziening
Algemeene
Politiever-
ordening.
Verbetering
Clooster-
weg.
de bepaling, dat het hekwerk moet zijn geplaatst vöôr
31 Dec. 1908.
De Voorzitter deelt mede, dat van Gedeputeerde Staten
goedgekeurd is terugontvangen het besluit tot ruiling van
grond aan de Meesterlottelaan met Mevrouw A, Van Lin-
den Tol-Post; dat de heer Roest de benoeming tot lid
der Commissie tot Wering van Schoolverzuim heeft aan-
genomen en dat het Bestuur der Christelijke Vereeniging
voor de verpleging van lijders aan Vallende Ziekte zich
bereid heeft verklaard een derde gedeelte der kosten van
het verlagen en verlergen van het riool in den Voorweg
tot een maximum van 200 - bij te dragen.
Bij de rondvraag zegt de heer Van den Berg, dat de
Voorzitter bij het verlaten van het oude Raadhuis heeft
toegezegd, dat hij, als hij rustig zat in het nieuwe Raad-
huis, de herziening der Algemeene Politieverordening zou ter
hand nemen, spreker meent ook in den geest van zijne
collega's te spreken, als hij den Voorzitter aan die belofte
herinnert.
De Voorzitter antwoordt, dat de herziening der veror-
dening wel is ter hand genomen, maar dat hij nog geene
bepaalde belofte kan doen, wanneer deze zal kunnen be-
handeld worden, omdat verschillende andere ernstige za-
ken om den voorrang dringen.
De heer Van den Berg wijst hierna op den slechten
toestand van den Cloosterweg, waarover zeer wordt
geklaagd.
De Voorzitter verklaart hiermede bekend te zijn, maar
meent, met het oog op latere plannen te moeten ontraden
nu groote kosten te maken voor verbetering, hij is echter
wel bereid den weg een weinig te laten opknappen.
De heer Van den Berg dankt voor deze toezegging,
waarna de Voorzitter de vergadering sluit.
De Voorzitter,
De Secretaris,
