30 November 1909.
10
die uitgaaf goed te maken. AIs echter nadere inlich-
tingen verlangd worden, wil hij de zaak wel aanhou-
den.
Spreker deelt nog mede, dat de walmuur dient om
den grond tegen te houden, het is de bedoeling, dat
de schuiten vlak voor den wal zullen komen; onder
water komt het houten schoeiingwerk en dit vooral
is duur niet zoozeer de muur; de schoeiing wordt 67
Meter lang met een damwand van 10 c.M.dit is noo-
dig volgens deskundig advies, hij zelf kan het niet
beoordeelen; hij had gemeend, dat een damwand
ter dikte van 5 c. M. voldoende was.
De heer Van Meeuwen zet uiteen, dat de ladingen
steenkolen vlak bij den waterkant worden gelost, op
den kant worden nu en dan een paar honderd vaten
teer neergezet; als de haag weg is, dan is het ter-
rein gewone zandgrond, welke wegspoelt, zoodat er
voortdurend onkosten zouden komen; in elk geval
moet er eene schoeiing komen, eene gewone houten
beschoeiing zou wel goedkooper zijn, doch ook dan
komen er telkens onkosten, hij herhaalt, dat de be-
grooting van den walmuur hem zeer hoog voorkwam.
De heer Van den Berg laat zijn ideaal van eene
losplaats aan de Kerklaan niet geheel varen, hij is
van meening, dat de Iosplaats bij de IJzeren Brug
niet verbeterd is door de bestrating met gladde kei-
en, hij vindt dat de losplaats daar ook niet rustig is
en zegt, dat het een zeer groot gerief zou zijn voor
de gebruikers van het land langs de Zandvaart als
die losplaats verviel, nu hebben ze dikwijls last om
te passeeren langs de materialen op die losplaats, hij
acht eene groote verdieping, als de Iosplaats toch on-
