30 November 1909.
11
voldoende is, onnoodig; spreker meent verder, dat het
haventje niet noodzakelijk is, bij de Gasfabriek kan
men met zolderschuiten komen en dat is voldoende,
hij zou er voor zijn den kant te laten zooals deze nu
is, het is een vaste zandgrond, die niet zal wegzak-
ken; zou dit wel het geval zijn, dan hadden de archi-
tecten daar rekening mee moeten houden en de ge-
bouwen niet zoo op het kantje geplaatst moeten wor-
den.
De Voorzitter antwoordt, dat er volstrekt niet van
gesproken is, dat de Gasfabriek zou verzakken, alleen
dat de walmuur de persing niet zou kunnen houden;
om de schepen bij den walmuur goed te kunnen la-
ten aankomen, moet daartegen rechtstandig diep wa-
ter zijn, vroeger was daar een talud en derhalve geen
gevaar voor verzakken; als door verdieping van de
vaart breedere schepen bij het terrein der gasfabriek
kunnen komen, wordt de passage daar nog meer be-
lemmerd.
Het logisch gevolg van het verdiepen der Wipper-
vaart is, dat het gedeelte Zandvaart tot de IJzeren
Brug ook zal verdiept worden, de kosten worden
daardoor niet zoo veel hooger, het zou onjuist zijn,
die vaaH ook niet goed te maken, de een zou anders
profiteeren en de andere niet, het is billijk, wensche-
lijk en practisch en geheel en al in het belang der
gemeente; als de vaarten goed in orde worden ge-
maakt is dat geen geld in het water geworpen, maar
eene productieve uitgaaf, waarmede de geheele ge-
meente gebaat is.
De Voorzitter heeft geen bezwaar er tegen de zaak
uit te stellen om na te gaan wat vermoedelijk aan de