30 Novtmber 1909.
21 -
en het uiterlijk wordt er mooier door, hij zou het ver-
schrikkelijk onbillijk vinden dit te weigeren; bij de
bekrachtiging van de rooilijn heeît spreker uitdruk-
kelijk er op aangedrongen, dat de Raad het recht
moest hebben om aîwijking te kunnen verleenen.
De heer Van der Weiden is het geheel eens met
de heeren Van Meeuwen en Honig, omdat het hier
betreft een bestaand gebouw en bij afwijzing groote
onkosten zouden moeten gemaakt worden door den
bouw van eene nieuwe bollenschuur, spreker is er
dan ook voor de afwijking te verleenen.
De heer Van Houten was eerst ook niet tegen het
verleenen van afwijking, doch bij nadere overweging
kwam hij tot de conclusie, dat, als dit verzoek wordt
toegestaan, het besluit betreffende de rooilijn wel kan
worden ingetrokken of zoo gewijzigd, dat het alleen
geldt voor nieuwbouw.
De heer Preijde betoogt, dat aan den heer Kersten
de afwijking is verleend voor een verbouwing van
weelde, hier echter is het noodig voor de kostwinning;
bovendien is de toestand hier voordeeliger, omdat
geen open grond wordt ingenomen.
De heer Van Meeuwen sluit zich aan bij het ge-
sprokene door den heer Preijde, dat de gemeente
iemand, die de verbouwing moet doen ter wille van
zijne zaken, te hulp moet komen, omdat het in het
belang van de gemeente is dat de zaken bloeien.
De Voorzitter betoogt, dat bij afwijzing het niet
noodzakelijk is het perceel af te brekenadressant
heeft voldoende terrein over om eene bloembollen-
schuur te bouwen; spreker is ook van meening, als
opnieuw afwijking wordt verleend, dat dan het besluit