28 Juni 1910.
18.
De Voorzitter heeft door den Directeur der Gasfa-
briek (136/458) laten uitrekenen, wat de jaarlijksche
kosten voor de gemeente zouden zijn met inbegrip
van rente en afschrijving en deze heeft opgegeven,
dat de gemeente dan jaarlijks aan de gasfabriek zou
moeten betalen f 35.68. Deze uitgaaf is niet buitenspo-
rig, de gemeente toont daardoor hare welwillendheid
tegenover Haarlem en, waar Haarlem de muziek be-
kostigt en ook inwoners van Heemstede daarvan ge-
nieten, zou het kunnen beschouwd worden als eene
kleine bijdrage daarin.
De heer Honig is het ten deele hiermee eens, hij
wijst er echter op, dat ook de Societeit „Trou moet
blijcken" nogal concerten in den Hout geeft, hij
is er zeer voor welwillend te zijn tegenover Haar-
lem, maar had liever voorgesteld gezien, dat Haarlem
voor de plaatsing der lantaarns zorgde en Heemstede
voor de verlichting; spreker is het er mee eens, dat
Haarlem welwillend is geweest door de gas- en wa-
terleidingbuizen over te geven, doch het is niet voor
zoo'n koopje g:weest, hij meent niet, dat Haarlem er
op tegen zal hebben de lantaarns te plaatsen.
De Voorzitter erkent, dat de gemeente de gas- en
waterleidingbuizen heeft betaald en zal moeten beta-
len, doch zij heeft door de overname een belangrijk
voordeel op het gas en zal ook minder schade heb-
ben op het water, zoodat zij veel te danken heeft aan
de medewerking van Haarlemde kosten van gasver-
bruik zouden plm. f 2.50 per jaar bijdragen, zoodat als
Heemstede uitsluitend kosteloos het gas gaf, de roya-
'iteit m'et heel groot zou zijnde plaatsing der lan-
tarens is wel eene vrij groote uitgaaf, maar de ge-
