26 October 1911. 2 9 van de bovenbedoelde verordening, moet geschieden alvorens het lijk wordt begraven, of vöôrdat de opgra- ving van een iijk plaats heeft. Vôôr het gebruik maken van het verleende recht of de gegeven vergunning, moet de kwitantie van het be- taalde bedrag ter gemeente-secretarie en desgevorderd ook aan den doodgraver worden vertoond. Abtikel 4. Het recht, vermeld in art. 5 van de bovenbedoelde verordening, moet worden voldaan bij de overboeking. Aktikbl 5. De rechten, vermeld in het eerste lid van art. 8 van de bovenbedoelde verordening, moeten worden voldaan vôör het plaatsen van zerken of hekken of het maken van grafkelders en in volgende jaren voor den eersten April van het jaar, waarover het onderhoud loopt. De rechten, vermeld in het 8e, 9e, lOe, en lle lid van art. 8 van de bovenbedoelde verordening, moeten worden voldaan vôôr den aanvang van den termijn van vjjftig jaren. Aktikel 6. Eventueele zegelkosten moeten steeds tegelijk met de rechten worden voldaan. Abtikel 7. De invordering van de bij deze verordening bedoelde rechten en eventueel zegelkosten gesc.hiedt, zooveel noo- dig, overeenkomstig de bepalingen van de art. 258262 der gemeentewet.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1911 | | pagina 10