26 October 1911
- 26
over vroeger ook al is gezegd, n.l. dat het niet juist
alleen wordt betaald voor het bijwonen van de ver-
gadering van den Raad, doch omdat het lidmaatschap
dikwijls kosten vordert, men correspondeert over eene
zaak, men gaat ergens naar toe, zoo is spreker o. a.
voor eene zaak naar den Haag gegaan, men woont
Commissievergaderingen bij enz.
Spreker zegt dit niet, omdat hij die kosten terug
wil hebben, doch om te laten uitkomen, dat de beta-
ling van die f2.50 per vergadering veel meer omvat
en niet alleen daarvoor gegeven wordt dat men hier
een avond is.
De heer Van der Plas zegt, dat het presentiegeld
niet wordt gegeven als betaling voor de moeite maar
meer als gewoonte, hij begrijpt ook wel, dat het niet
is voor de 2 of 3 uur, dat men hier zit.
De Voorzitter zegt, dat het in zekeren zin geen be-
taling is.
De heer Dr. Droog gelooft, dat het voorgestelde
het geijkte bedrag is en wil het daarom wel zoo be-
paald zien.
De Voorzitter merkt op, dat het moeielijk gaat om
hierover te stemmen, hij siuit zich aan bij den heer
Dr. Droog, dat het voorgestelde het geijkte bedrag
is en meent daarom, dat het gerust zoo kan worden
bepaald.
De heer Van der Plas verlangt hierna geen stem-
ming waarop de post, zonder hoofdelijke stemming
wordt vastgesteld en het volgende besluit wordt ge-
nomen
De Raad der Gemeente Heemstede
Gezien het bij volgnummer 43 van de gemeente-
begrooting voor 1912 gedane voorstel, om op den bij
dat volgnummer in de memorie van toelichting aan-
gevoerden grond de uitkeering aan elk Raadslid per
door hem bijgewoonde raadsvergadering te verhoogen
