26 October 1911.
- 31
die elk jaar plm, f 600 kost, te laten bestaan. Toen
we de wegen van Haarlem overnamen, wisten we, dat
die tol een schadepost zou worden, laten we daarom
den mooien post daar tegenover behouden en voora!
niet tot opheffing overgaan vöör de tijd, v, aarvoor de
vergunning werd verleend, expireert De touwtjes van
de geldbeurs moeten wat bij elkaar worden gehouden
en spreker zou het zeer betreuren, wanneer men be-
sloot dit voordeel voor de gemeente te laten verval-
len, alleen omdat men zegt, die tol kan wel weg, en
daarentegen zou besluiten, den anderen tol aan te
houden.
De heer Van Meeuwen wil de heer Honig beant
woorden en zegt er volstrekt geen belang voor de
gemeente in te zien otn den tol te behouden, sprtker
is voor vrij verkeer op de wegen en vooral in de
kom der gemeente. De Gasfabriek en Waterleiding
zijn niet te vergelijken met de heffing van tolgeld, dat
zijn zaken.
Wat den tol aan de Leidsche Vaart betreft, dat is
nu eenmaal een fait accompli, die is zoo van Haarlem
overgenomen en zal, zoo larg die tolgaarder er is,
moeten blijven bestaan, doch dat is daardoor een heel
andere kwestie dan de in bespreking zijnde tollen;
waar de heer Honig er van sprak om den post te be-
houden, omdat we het geld nu zullen moeten missen,
merkt spreker op dat dit zwaarder zou wegen, wan-
neer de financieele toestand van de gemeente slecht
was.
De belasting behoeft door het vervallen van den tol
niet verhoogd te worden, maar ook al was dat het
geval, dan zou spreker dat beter oordeelen, omdat de
belasting niet op enkelen drukt, terwijl de tolgeldhef-
fing alleen drukt op hen, die verplicht zijn door den
tol te rijden.
De heer Honig zegt het met die redeneering vol-