26 October 1911.
- 34
De heer Preijde zegt het geheel eens te zijn met
den heer Honig. dat het onbillijk zou zijn voortaan
geen tolgeld meer te heffen. de wegen en straten
worden in hoofdzaak stuk gereden door rijtuigen en
vrachtwagens uit Haarlemmermeer, waarvan de inwo-
ners geen cent voordeel genieten. want die menschen
gaan allen naar Haarlem om daar inslag te doen.
Andere onkosten veioorzaken de doortrekkende au-
tomobielen, die voor het grootste deel oorzaak zijn
van de stofplaag Evenals de heer Honig vindt spre-
ker die f6 per jaar geen bezwaar voor iemand, die
alle dagen de straat gebruikt.
Wanneer nu, doordat er 4 nieuwe raadsleden zijn,
het besluit tot tolheffing. dat het vorig jaar is geno-
men, weer wordt opgeheven, dan ziet spreker daarin
het gevaar. dat de Gasfabriek er aan bloot staat, orn
ook opgeheven te worden, omdat electrisch licht mo-
derner is dan gas.
De winst van den tol beloopt tusschen de f 1500
en f 2000.
De heer Honig vraagt voor de derde maal het woord
waarop de heer Van Meeuwen er tegen is, dat dit hem
zal verleend worden. doch de meerderheid der verga-
dering het goedvindt.
De heer Honig zou in overweging willen geven af
te wachten tot de termijn, waarvoor de heffmg <s toe-
gestaan, is afgeloopen, dan kan later tot opheffing
worden overgegaan.
De heer Van Meeuwen blijft bij zijn voorstel, an-
ders zou hij niet eonsequent blijven, hij begrijpt niet,
dat de heer Preijde als argument durft aanvoeren. dat
de wegen stuk worden gereden en daarom hier de
tol is. In het Noorden der gemeente geschiedt dat toch
ook, juist daarin zit de onbillijkheid. Er wordt beweerd,
dat de betaling van tolgeld niet zoo zwaar weegt
maar spreker gelooft, dat iemand die f 6 belasting meer