3 April 1912
13
De heer Van der Plas deell mede, dat die bepaling
iuist in het reglement is opgenomen op verzoek der
werklieden, anders loopen ze gevaar, dat ze steeds
als los in dienst worden gehouden het vonge jaar
heeît hij om die bepaling twee oudere menschen moe-
ten bedanken, die voor een bepaald werk geschikt
De heer Mr. van Tienhoven gelooît, dat de bepaling
ook hier onbillijk en lastig zou kunnen werken en
stelt daarom voor om de 4de alinea te schrappen,
waarop de Voorzitter opmerkt, dat dan de 3de almea
peen zin meer heeft.
De heer Mr van Tienhoven zegt, dat mgevolge ali-
nea 3 na 2 jaar dienst de aandacht nog eens op dien
lossen man wordt gevestigd.
ln stemming gebracht wordt het voorstel van den
heer Mr. van Tienhoven met algemeene stemmen aan-
r/enomen.
De voorgestelde wijziging in de 3de alinea bedoeld
onder No. 4 van het voorstel wijzigingen wordt
zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd
De eindstemming over art 5 wordt aangehouden
Art 6 Ook in dit artikel wenscht de meerderheid
van Burgemeester en Wethouders 35 jaar veranderd
te zien in 40 jaar.
De heer Mr. van Tienhoven stelt voor 30 jaar te
behouden.
De heer Tromp zegt, dat lemand van 40 jaar nog
in de kracht van zijn leven is en dan voor hen die
in milietiedienst zijn gev.eest.ook meer kans overblijtt.
De heer Mr. van Tienhoven zegt, dat de grens wil
lekeurig wordt genomen, doch de onbillijkheid daarin
zit dat een werkman, die op bijna 40 jarigen leeftijd
in 'dienst der gemeente komt, evengoed op 6o iarig.en
leeftijd vol pensioen zou krijgen
De Voorzitter zet uiteen dat zoo îemand met het-
zelfde pensioen zou krijgen, dit gaat naar het aantal
dienstjarenbij onderwijzers is dit voor elk dienstjaar
cen zestigste van de jaar. edde en na 40 dienstjaren
hebben ze vol pensioen of twee derde voor lemand
die op 40 jarigen leeftijd in dienst treedt zou dit dus
op 65 jarigen leeftijd vijf en twintig zestigste zijn en
daarin is juist eenig bezwaar, dat ze dan een pens,
oen krijgen, waarvan ze niet kunnen leven. Wordt