20 Juri 1912.
7
ook dit werd weer afgewend, doch tengevolge van
dit tweede gevaar is nu een derde gevaar ontstaan
en spreker vraagt zich afa!s dat nu maar niet het
meest ernstige is
Spreker zegt, dat ieder wel weet wat hij bedoe't
ln verschiliende couranten heeft het gestaan, dat
direct de naam van onzen Burgemeester werd genoemd
als Burgemeester van Haarlem. Van harte wordt die
betrekking gegund, doch spreker hoopt dat het Hare
Majesteit zal mogen behagen die plaats door een an-
der te bezetten en dat wij onzen Voorzitter zuüen
mogen houden als Burgemeester van Heemstede.
Spreker gelooft dat de Raad deze woorden zal on-
derschrijven en dat aüe ingezetenen van Heemstede
het daarmede eens zijn.
De vergadering betuigt door applaus instemming
met deze woorden.
De Voorzitter zegt dat hij niet weet wat daarop
te moeten zeggen en gelooft dat het het best zal zijn
er over te zwijgen. Spreker stelt de vriendelijkheid
en hartelijkheid zeer op prijs, doch kan over de zaak
zelf verder niet spreken.
De heer Van Houten zegt dat het alleen zijn be-
doeling is te zeggen, dat gehoopt wordt dat de Bur-
gemeester voor deze gemeente als zoodanig behou-
den blijft.
De vergadering wordt daarop gesloten.
De Voorzitter,
De Secretaris,
