Wi jziging Boiiw - en WoDingverordeDiQg
-äO'Fcbruari 1913.
Aan den Ilaad der Geineente HEEMSTEDE
De irrverkingtreding der bouw- en woningverorde-
ning dezer gemeente, vastgesteld in de raadsvergade-
ring van 27 April 1905, heeft ten gevolge, dat het niet
mogelijk meer is woningen te bouwen van zeer gerin-
ge huurwaarde, daar de voorschriften omtrent opper-
vlakte, hoogte, hechtheid, enz, van dien aard zijn, dat
het minste wat gebouwd kan worden en dan nog
meerdere woningen onder één dak- minstens een huur
moet opbrengen van f2.per week.
Bestaande woningen van minder dan f2.huur
gaan door slooping, verbouw of gedeeltelijke ver-
nieuwing verdwijnen, zoodat weldra woningen van die
huurwaarde niet meer beschikbaar zullen zijn.
Voor menschen zonder gezin, als weduwen, of oude
lieden zonder inwonende kinderen, wier inkomen ge-
ring is, of die geheel van liefdadigheid leven, is het be-
staan van woningen met zeêr geringe huurwaarde niet
alleen gewenscht, doch noodzakelijk en het verdwijnen
van dat soort woningen zal weldra ten gevolge hebben,
dat de gemeente daarin op een of andere wijze moet
voorzien, tenzij er iets wordt gedaan, waardoor stich-
ting van woningen met geringe huurwaarde mogelijk
wordt.
Het eenige middel om tot het laatste te geraken is,
wijziging van de Bouw- en Woningverordening, of op-
name van een nieuw artikel, waarbij aan den Raad de
bevoegdheid wordt gegeven, onder het stellen van
voorwaarden, van verschillende artikelen dier verorde-
ning af te wijken.
Hct laatste schijnt ons het beste toe, omdat daar-
door kan worden verkregen volkomen vrijheid voor
het maken van ontwerpen voor de bedoelde woningen