24 Maart 1915.
10
het loon van den arbeider alleen het allernoodzake-
lijkste kan worden bekomen.
Als middel tot betaling van deze extra kosten
noemt spreker de opbrengst der tollen, die nog dit
jaar gehandhaafd bleven.
De Voorzitter vraagt of dit voorstel geldt alleen
voor de vastaangestelde werklieden.
De heer Tromp zegt. dat het zijne bedoeling is al-
leen de vastaangestelde f 1 per week meer toe te
kennen tijdelijk tot 1 Januari 1016.
De Voorzitter vraagt, of het de bedoeling is van
den heer Tromp voor iedereen f 1 meer te geven
met groot of klein gezin.
De heer Tromp antwoordt, dat dit verschil ook niet
is gemaakt bij de ambtenaren.
De heer Van Houten verklaart. het niet eens te
zijn met wat de heer Tromp heeft gezegd. Groot of
klein gezin doet aan een vasten huurtoeslag weinig
af bij een tijdelijken duurtetoeslag moet wel degelijk
rekening worden gehouden met het huishouden en is
dit lang niet bij allen gelijk. De een is met f 3 niet
geholpen, daar het toch zeker een verschil maakt of
men 7 of 8 kinderen heeft, of ongetrouwd is of slechts
1 of 2 kinderen tot zijn last heeft.
Wanneer allen over een kam worden geschoren,
wordt de toestand volgens spreker niet weggenomen.
De heer Dr. Droog zou er voor zijn, het voorstel
van den heer Tromp te laten gelden voor huisgezin-
nen met meer dan 4 kinderen.
De Voorzitter vraagt, of daarbij ook worden mede-
geteld de kinderen, die al verdienen.
De heer Dr. Droog zegt, dat die kinderen in den
regel wel aan kunnen, wat zij verdienen
De heer Honig verklaart, niet bewogen door de
gekruide taal van den heer Tromp, maar meer uit
billijkheidsoogpunt, wel iets te gevoelen voor diens
redeneering. Hij zou echter alleen willen geven aan
hen, die het t meest noodig hebben en is het in dit
opzicht volkomen eens met de redeneering van Dr.
Droog.
De heer Dr. Droog merkt nog op, als men bijv. a
van de loonlijst ziet met f 949en geen kinderen,
toch zeker wel onderscheid moet gemaakt worden
met anderen met lager loon en veel kinderen.