17 November 1915
14 -
worden genomen zonder bewijs van aanneming, deze
werklieden vallen niet onder de loonsregeüng en
verdienen gewoonlijk hooger loon dan losse werklie-
den die van een bewijs van aanneming zijn voorzien
en dan een vast weekloon genieten.
De heer Mr. van Tienhoven stelt voor in het prae-
advies de woorden ,.ten minste 52 weken te schrappen.
De heer Van Meeuwen zegt dat men dan weer de
moeilijkheid krijgt dat iemand pas 2 of 3 weken in
dienst is en spoedig weer den dienst verlaat.
De Voorzitier zegt. dat de zaak gevonden zal zijn
door in het praeadvies de woorden ten minste 52
weken te schrappen. waardoor dan alle losse, voor-
zien van een bewijs van aanneming in de termen voor
toeslag vallen
De heer Honig vindt het hard als er buiten vallen
wijl het onderstand is voor den naderenden winter
hebben allen er behoefte aan, zoodat hij het geen
bezwaar vindt, die enkelen die er buiten vallen, nog
op te nemen.
De heer Van Meeuwen zegt, dat dus allen, die nu
in dienst zijn. met een bewijs van aanneming den
toeslag zullen krijgen. waarop de heer Honig zegt, dat
dit zijn bedoeling is.
De lieer Mr van Tienhoven meent, dat zonder da-
tum, waarnaar de toestand wordt berekend, ook moei-
lijkheden zullen ontstaan en noemt daarom 1 Novem-
ber j 1.
De Voorzitter zegt, dat het kan voorkomen. dat
iemand reeds lang in gemeentedienst is en niet van
een bewijs van aanneming is voorzien om hem nu
alsnog van den toeslag te laten profiteeren zou men
hem nog een bewijs kunnen geven, wat niet zou kun-
nen als de toestand werd berekend op 1 November
j I de bedoeling was om te berekenen naar den toe-
stand op 1 December a s.
De Raad kan zich met dezen datum algemeen ver-
eenigen
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten
in het praeadvies van Burgemeester en Wethouders
te schrappen de woorden ten minste 52 weken
zoodat de toeslag zal verleend worden aan losse
werklieden die op 1 December 1915 van een bewijs
van aanneming voorzien zijn.