V
29 December 1915.
1
Art. 4.
De gemeente verleent aan het bedrijf de noodige
voorschotten voor uitbetaling van arbeidsloonen en
verdere schulden.
Geleden verlies wordt door de Gemeente aangezuiverd.
Art. 5.
Het administratief en financieel beheer is eveneens
aan den Gemeente-Opzichter opgedragen.
Hij zal tot het nemen van maatregelen, waarvan
de geldelijke gevolgen een bedrag van f 50.- te bo-
ven gaan/machtiging moeten hebben verkregen van
Burgemeester en Wethouders./^
Art. 6.
De boeken worden, volgens de nadere aanwij- X
zing van Burgemeester en Wethouders zoodanig ge-
houden, dat, daaruit de ontvangsten en uitgaven van
het bedrijf en de inkomsten der verschillende onder-
deelen duidelijk er zoo nauwkeurig mogelijk blijken.
De boeken worden tenminste eenmaal in de drie £Zs//
maanden nagegaan en de kas opgenomen.
Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd dit aan
één hunner of aan een door hen aangewezen ambte- s ff/ /7s
naar op te dragen.
Art. 8.
Ontvangsten geschieden tegen kwijtingsbewijzen
geteekend door den Gemeente-Opzichter. n i 0
Hij mag geene rekeningen of declaratiën voldoeri
of uitbetaling doen van arbeidsloonen of loonstate
zonder dat deze zijn voorzien van het visum van den
Burgemeester.
Art. 9.
De Gemeente-Opzichter wordt bij ongesteldheid,
afwezigheid of onstentenis vervangen op de wijze,
door Burgemeester en Wethouders te bepalen.
Art. 10.
De voorman van het bedrijf wordt door Burge-
meester en Wethouders benoemd en ontslagen. De
overige voor het bedrijf noodige personen worden in