29 Maart 1916.
van de door haar wenschelijk geacht wordende
wijzigingen aan alle in den grond aanwezige buis-en
andere leidingen, die aan de Gemeente iri eigendom
toebehooren.
4°. Door de Gemeente zullen geschieden de aankoop
en levering van de bij 2". onder a. en b. bedoelde
bestratingsmaterialen en zoo ook de bij 3°. bedoeide
wijzigingen aan in den grond aanwezige buis- en
andere leidingen, tenzij Burgemeester en Wethouders
het nader beter mochten oordeelen, dat een en ander
hetzij geheel hetzij gedeeltelijk door de Maatschappij
voor rekening der gemeente zal geleverd worden of
uitgevoerd
5°. Door Burgemeester en Wethouders zal worden
bepaald, hoe met gebruikmaking der goede uitkomende
steenen de bestrating zal worden aangelegd.
B. Burgemeester en Wethouders te machtigen tot het
bevorderen der onteigening ten algemeenen nutte der
van hoogerhand voor te schrijven wegverbreedingen,
mits die wegverbreedingen naar hun oordeel niet be-
langrijk afwijken van die aangegeven op de bij dit
besluit behoorende en reeds genoemde kaarten A en B,
hetzij ten name van de gemeente Heemstede, hetzij
ten name van de Noord-Zuid-Hollandsche Tramweg-
Maatschappij, onder voorbehoud, dat in het laatste
geval de Maatschappij de onteigende perceelen aan
de Gemeente Heemstede overdraagt voor de door de
Maatschappij gemaakte kosten
C. Te bepalen, dat de kosten van de onder A be-
doelde overeenkomst door de Noord-Zuid-Hollandsche
Tramweg-Maatschappij worden gedragen.
D. Te bepalen, dat dit besluit vervalt:
1°. indien binnen drie maanden de onder A bedoelde
overeenkomst niet is gesloten
2°. indien de in de bovengenoemde vergunning be-
doelde werken overeenkomstig de daarbij gestelde
voorwaarden en bepalingen ten genoegen van Burge-
meester en Wethouders niet geheel gereed en tot stand
gebracht zijn en de tram niet in exploitatie is in aansluiting
aan de electrische tramlijn Station Groote Houtstraat
Dreef te Haarlem, alles vöör 1 Januari 1918, met