29 Maart 1916.
15.
zaak aan den Minister over te laten, omdat men toch
absoluut weet dat het komt en het personeel er niet
slechter door wordt. Spreker besluit uit het door den
heer Tromp gesprokene, dat hij drie voorstellen heeft,
n.l. richting, tarief en dienstvoorWaarden.
De heer Tromp zegt de arbeidsvoorwaarden van
Haarlem te willen opnemen.
De heer Tates ondersteunt dit voorstel.
De heer Van Houten meent, dat als dit voorstel
wordt aangenomen, men de zaak tegenwerkt, terwijl
men toch zeker weet, dat de dienstvoorwaarden zullen
worden geregeld.
De Voorzitter zegt. dat het natuurlijk ophoudt.
De heer de Wilde zou ook dienstvoorwaarden wil-
len stellen, voor het geval deze niet van hoogerhand
zouden worden geregeld.
De Voorzitter zegt, dat de Raad de dienstvoor-
waarden eerst zou moeten kennen.
De heer Tromp zegt dat werklieden altijd met wei-
nig tevreden zijn en deze voorwaarden in den regel
niet grooter zijn dan een paar artikelen
De Voorzitter zegt, dat deze voorwaarden in Haar-
lem in 4 artikelen zijn opgenomen.
Hierna brengt de Voorzitter in stemming, of de
dienstvoorwaarden voor het personeel al of niet in de
vergunning zullen worden opgenomen
Vöör stemmen de heeren de Wilde, Tates en Tromp,
tegen stemmen de overige negen ledert.
De Voorzitter zegt, dat nu gestemd moet worden
over de richting van de lijn door het Haarlemmer-
houtpark.
De heer Tromp wil over de route maar niet laten
stemmen, hoewel hij met het oog op tijdsbesparing
de richting, zooals nu de stoomtram loopt, beter
oordeelt
De Voorzitter zegt dat als zoo'n voorstel werd
aangenomen de aanleg van de electrische tram in
eene heele verre toekomst zou liggen.
De heer Tromp meent, dat het beter is eenmaal iets
goed te maken dan eens verkeerd, al zou het dan
ook nog 5 jaren duren.
De heer Van Meeuwen zegt, dat de richting door
den Hout, zooals nu de stoomtram loopt door Haar-
lem definitief geweigerd is en als Haarlem blijft wei-
geren, zou hij willen voorstellen de richting Wagen-