3 Augustus 1916
22
De Voorzitter zegt, dat deze aangelegenheid door
Burgemeester en Wethouders met den heer Burgers-
dijk gedelegeerd lid van het Bestuur der Maatschap-
pij is besproken en dat het huisje van Van Stavéren
dan toch weg zou moeten, daar de wissels niet in
eene bocht mogen komen deze zaak is door de
Maatschappij goed overwogen.
De heer Tates is van oordeel. dat het wel kan, nu
z.'jn de wissels ook op het Wilhelminaplein en de
Camplaan is daar de plaats niet voor.
De Voorzitter gelooft, dat de bezwaren op de
Camplaan niet zoo groot zijn.
De heer Tates zegt, dat de Maatschappij liever niet
verder dan de Camplaan gaat, zij mist dan de tweede
bocht.
De heer Mr Van Tienhoven zegt, dat deze zaak
in eene vorige vergadering breedvoerig besproken is
ook was de Tramcommissie ten slotte overtuigd, dat
het niet mogelijk was doortrekking tot het Wilhelmi-
naplein te vorderen, omdat dit de tramplannen slechts
zou hebben tegengehouden.
De heer Van der Plas zegt, dat het besluit is ge-
nomen en de zaak niet tegen moet gehouden worden.
De Voorzitter beaamt, dat deze zaak eigenlijk is af
geloopen.
De heer Van Meeuwen zegt, dat hij indertijd ge-
vraagd heeft om, als het niet mogelijk was, dat de
electrische tram doorreed naar het Wilhelminaplein.
een wachthuisje te krijgen op de Camplaan.
De Voorzitter zegt. dat ook hierover bij het be-
zoek van den heer Burgersdijk is gesproken en de
wenschelijkheid daarvan is behandeld
De heer de Wilde, tijdelijk Wethouder zegt, dat
door den heer Burgersdijk gezegd is, dat het in de
bedoeling iag daar een wachthuisje te plaatsen.
De heer Tates zou nogmaals aan de Maatschappij
in overweging willen geven om de lijn door te trek-
ken naar het Wilhelminaplein
De Voorzitter heeft bezwaar omdat hij vindt dat
deze zaak is afgehandeld.
De heer Honig meent, dat als de Maatschappij niet
wil toegeven, er niets aan te doen is.
De heer Tates merkt op, dat de Maatschappij in
haren brief aanraadt niet op wijziging van het ont-
worpen eindpunt aan te dringen.