24 October 1917.
126
wordt verhuurd.
De heer Waller zegt, dat iets gevraagd wordt
maar daartegenover niets gesteld wordt gevraagd
zou hierom kunnen worden aan den heer Van den
Berg tot welke concessie deze zou bereid zijn om den
toestand op dat punt te verbeteren, anders zou hij het
verzoek niet willen toestaan.
De heer Kapteijn wil aan de vergunning de voor-
waarde verbinden, dat bij taxatie vah het gebouw het
beschouwd zal worden als niet te zijn verbouwd.
De Voorzitter acht, dat uit de bespreking volgt,
dat het beter is dit adres eerst nog te stellen in han-
den van Burgemeester en Wethouders om advies.
Getracht moet worden 't gevaar zoo veel mogelijk te
verminderen, bijv, als tegenpraestatie zou kunnen ge-
vraagd worden eene gedeeltelijke verandering van den
voorgevel, zoodat de inrit der Zandvoortschelaan
verbetert.
De heer Tromp verwondert zich over de verschil-
lende meeningen in den Raad betreffende dit punt.
't Geldt hier een zeer gevaarlijke hoek en deze toe-
stand zal door t verleenen der vergunning nog ver-
sterkt worden Terecht is deze hoek door den Voor-
zitter een steen des aanstoots genoemd en daarom
acht spreker het van dringend beiang om dezen wan-
toestand zoo spoedig mogelijk te doen verdwijnen.
De heer Peeperkorn stemt hier geheel mee in.
De heer Honig zegt dat men ook de billijkheid niet
uit 't oog moet verliezen. Men moet zich den toestand
zoo indenken, dat men zelf eigenaar van t betrokken
huis is, zelf de belasting er voor betaald en er niet
mee mag doen zooals men wenscht terwijl toch het
gevaar, door het niet verleenen der vergunning, niet
wordt weggenomen
De heer Tromp zegt, dat men hier alleen het ge-
meentebelang te behartigen heeft en wanneer dit eischt
dat de bestaande toestand zoo spoedig mogelijk ver-
dwijnt, dient de Raad daartoe mede te werken.
De heer Honig zegt, dat zoo straks door den heer
Tromp ook met gronden van billijkheid werd rekening
gehouden spreket meent, dat als de gemeente het
verzoek weigert, ze tot onteigening zou behooren
over te gaan.
De heer Dr. Droog acht het gewenscht, er thans
niet verder op in te gaan, doch te wachten tot de