11 December 1917.
- 1Ô<?-
gevonden in verband met 't bestaande pad voor de be-
langhebbenden.
De Voorzitter meent, dat de gemeente daar wel een
brug moest bouwen wegens het openbare pad.
De heer Tromp zegt, dat de weg op 't uitbreidingsplan
geprojecteerd parallel loopt met de Kerklaan. Spreker
acht het een heel goede verbetering, als er nog een ver-
binding komt tusschen dezen nieuwen weg en de Kerk-
iaan. Verder gelooft spreker niet, dat de laan in een
slechten toestand zal komen. De laan zou in een ongun-
stige conditie verkeeren, als Van der Eijken niet aan het
uiteinde woonde en geen uitgang noodig had naar de
Kerklaan. Het ingediende bouwplan voldoet aan de eisciic.1
der bouw- en woningverordening wat betreft rioleering
enz.
De Voorzitter zegt dat men zich niet met het privaat
recht van Van der Eijken kan bemoeien.
De heer Tates zet uiteen, dat de gemeente in de Ein-
denhoutstraat ook heeft moeten ingrijpen voor een ver-
bindingsweg en dat op den duur hier ook wijziging in
't uitbreidingsplan wenschelijk is, om nog een uitweg op
de Kerklaan te verkrijgen
De Voorzitter vraagt, hoe men 't hier wil besehouwen,
öf als een openbaren weg öf als een laantje
De heer Tates anlwoordt, ais een bestaande laan en
wijst er op, dat er aan de westzijde van het laantje
ruimte genoeg is en als men daar wenscht te bouwen dan
andere bepalingen kunnen gesteld worden
De heer Van Houten zou het dan beter vinden het
bouwplan Smit te laten wachten tot de zaak met Granne
man geregeld is.
De heer Peeperkorn vraagt, of het dus de bedoeling
is om eerst vergunning te geven om te bouwen en dan
om een weg aan te leggen, anders moet altijd eerst een
weg aangelegd worden en voor rioleering gezorgd en
mag dan pas begonnen worden met bouwen.
Da heer Tromp vraagt, waarom dan indertijd aan Van
der Eïjken vergunning is verleend.
De heer Tates zegt, dat wanneer er een weg gemaakt
moest worden, 't een ander geval zou zijn, maar er is
reeds een weg
De Voorzitter acht het een groot bezwaar als een be-
sluit zou worden génomen tot 't verleenen der vergun-
ning, hij maakt gebruik van zijn recht om daartegen te
waarschuwen, temeer daar de eigenaar steeds van zijn