17 December 1919.
185 -
'tLijkt spreker beter toe deze zaak niet zoo onver-
wachts te behandelen, maar eerst goed te onderzoeken.
De heer Tates hoopt, dat dit punt voor de eerst-
volgende vergadering op de agenda staat.
De Vooizitter hoopt, dit ook.
De heer Tromp merkt op dat de buikriem nog naar
een gaatje nauwer moet worden aangehaald.
De heer Tates zegt, dat deze al op 'tnauwst zit.
i ncniaatQ De heer Tates vestigt voorts de aandacht op de
i vi v! losplaats aan de Leidschevaart bij de Zandvoortsche-
Leidschev. |aan £r js t>ijna geen uitweg meer voor het publiek
en voor de menschen die er wonen, en het is erg
hinderlijk voor de wielrijders. Spreker vraagt, of er
iets gedaan kan worden, dat de boel behoorlijk aan
den kant gezet wordt.
De Voorzitter zal hierop laten letten.
De h.eer Tromp vraagt, of de losplaats niet wat meer
naar 't zuiden gebracht kan worden, omdat het daar
altijd zoo stampvol is.
De Voorzitter antwoordt, dat het een verheugend
verschijnsel is, dat het daar zoo stampvol is.
Daar niemand meer het woord verlangt sluit de
Voorzitter deze Vergadering onr over te gaan in eene
met gesloten deuren.
De Secretaris,
De Voorzitter,