i
17 December 1919.
\Yoningbouwvereenigingen
behoeft
half jaar méer te duren voor de woningen klaar zijn.
De Voorzitter deelt mede, dat de bquwplannen van
de verschillende woningbouwvereenigingen in behan-
delirlg zijn. Conferenties, ook met de Besturen zijn
gehouden om verschillende moeilijkheden zöoals den
huurprijs en andere interne aangelegenheden op te
lossen. Spreker hee'ft hoop, dat dit spoedig z'n'beslag
zal hebben. lridien. zooäls de heer de Wilde verönder-
stelt, de woningên met een half jäar klaar kunnên
zijn, bestäat toch de kans dat gedunnde een half jaar
nog menschen op straat worden gezet. Men kan zfch
daarvan, zooiang men zelf rustig woont, geen goed
voorstelling makcn. Wié heéft de kastanj'es uif het vulir
te halen i'e Burgemeester.
A'ltijd is het nog gegaan met 't Bullenhofje. Eenmaal
heeft spreker met de handen in 'thaar gezeten, wart
toen was er heelemaal geen woning meer. doch toe-
vallig overleed toen een bewoonster, zoodat er weer
een plaats vrij kwam om een ander gezin te helpen.
Komt er iemand vertellen, dat hij over een dag of
tien uit het huis moet, dan zegt spreker altijd, om
maar eens terug te komen, wanneer hij werkelijk op
straat staat, Alleen die menschen worden geholpen,
die werkelijk op straat staan, want anders zou mis-
schien een ander. die nog langer in zijn woning mag
blijven, het eerst worden geholpen. De bedoeling is
om te rnaken, dat de menschen niet onder den blooten
hemel behoeven te blijven Misschien is de reden, dat
ze op straat staan, onwil, of omdat ze geen huur betalen
of dat het eigen schuld is, maar als men daar een man
met vrouw en kinderen ziet staan, dan kan men zich
niet stellen op het standpunt: ,,zoek maar iets, mis-
schien is er nog wel een pfaatsje voor onderdak". Om-
dat onlangs weer een huis is bezet en er nu nog maar
één heel klein huisje over is, terwijl men zoo den
winter in gaat, is dit voorstel ter sprake gekomen. De
Wethouders, zoo vervolgt spreker, waren er eerst ook
tégen, maar spreker voelt het zelf meer aan den lijve
hij zou werkêlijk niet weten waar hij dan met de
menschen heen moet. Er moet iets gebeuren en daar-
orn wordt voorgesteld met 2 noodwoningen te beginnen.
De heer Peeperkorn merkt op, dat niëts gemakkelij-
zeggen dah „de gemeente zorgt wel voor