1.
ZEKERHEIPSSTELLIXG DIRECTEUR DER
GEMEKNTE GAS-, DUINWATER- EN
ELECTRICITEITSBKDRIJVEN.
Januari 1920.
De Raad der Gemeente Heemstede
Gehoord het voorstel van Burgemeester en Wet-
houders om, voor de door den Uirecieur der Gas
Duinwater en Electriciteitsbedrijven gestelde zekerheid'
eene regeling vast te stellen als bedoeld bij art. 7
der Gemeente-borgtochtenwet
BESLUIT
den heer Carl Ludwig Philips, toe te staan, voor
de door hem in zijne betrekking van Directeur der
Gemeente Gas-, Duinwater en Electriciteitsbedrijven ten
behoeve van de gemeerite gestelde zakelijke zekerheid
van f 8000in onderpand te geveri, effecten, aange-
geven in de lijst bedoeld bij art. 92, vöörlaatste lid.
der Ongevallenwet 1901, onder bepaling dat
a de pandgever verpiicht is op eerste aanmaning
van Burgemeester en Wethouders effecten, welke bij
eene herziening van de hiervoren bedoelde lijst niet
weer zijn opgenomen onder de fondsen, welke voor
belegging van gelden der Rijksverzekeringsbank in
aanmerking komen, door andere te vervangen
b. de pandgever bevoegd is stukken tot he't on-
derpand behoorende te vervangen door andere van
minstens gelijke beurswaarde en eveneens voorkomende
op de hiervoren bedoelde lijst;
c. de effeclen met de daarbij behoorende coupon-
bladen en talons. ten name van Burgemeester en
ethouders van Heemstede voor zijne rekening in
