4-jU_
YKROKDF.MNG HINDERWET.
Aan den Raad der Gemeente Heemstede.
In verband met de toenemende bebouwing en mede
als gevolg daarvan in het belang der openbare orde,
veiligheid of gezondheid, achten wij het gewenscht,
dat de Raad gebruik zal maken van de bevoegdheid
neergelegd in art. 4, 2e lid der Hinderwet om een
bepaald gedeelte der gemeente aan te wijzen als indus-
trie terrein.
Een eerste vereischte voor dc industrie is de on-
middellijke nabijheid van goede waterwegen en daar-
om komen terreinen gelegen aan het Spaarne, het
Meemsteedsche Kanaal en de Ringvaart hetmeestvoor
dit doel in aanmerking. In artikel 1 der ontwerp-ver-
ordening is de grens van het voor industrie terrein
aangewezen gedeelte nader omschreven. Het verbod
in artikel 2 om elders in de gemeente de bedrijven
uit te oefenen, waartoe de oprichting of het gebruik
vereischt wordt van eene der in artikel 1 bedoelde
inrichtingen is niet absoluut, want blijkens art. 3 kun-
nen wij daarvan ontheffing verleenen.
Het ligt in onze bedoeling van deze bevoegdheid
om ontheffing te verleenen een spaarzaam gebruik te
maken en deze alleen toe te passen wanneer bijzon-
dere redenen in verband met den aard der inrichting
een dergelijke ontheffing wettigen.
Verder zijn in artikel 3 der verordening nog uitge-
zonderd de bestaande inrichtingen zoomede de bedrij-
ven, welke onder geen ander nummer dan I van arti-
kel 2 der Hinderwet vallen.
Naar aanleiding van het bovenstaande wordt U bij-
gaande ontwerp-verordening ter vaststelling aange-
boden.
Heemstede, den 6 April 1920.
Burgemeester en Wethouders van Heemstede,
J. P. W. VAN DOORN.
De Secretaris,
A. A. SWOLFS.
Behoort bij de Notulen van den Raad der Gemeente
Heemstede van den April 1920.
Ij April 1920.
De Voorzitter,
De Secretaris,