25 FEBRUARI 1921 21 Deze suppletoire begrooting wordt aldus goedgekeurd. Dankbe- De Voorzitter v/il niet nalaten van deze schoone tuiging gelegenheid gebruik te maken om het Plaatselijk aan' Steuncomité dank te zeggen voor al hetgeen het voor vele ingezetenen belangeloos heeft gedaan. Met liefde bteunco- en toewijding heeft het steun en hulp verleend waar mité dit noodig of gewenscht was. Spreker gelooft dan ook namens de burgerij te spreken, wanneer hij het Plaatselijk Steuncomité. de Sub- Comite's en allen, die daartoe het initiatief hebben genomen, zijn hart- grondigen dank brengt, voor alles wat zij gedaan hebben. De Raad geeft door applaus zijn instemming met deze woorden te kennen. Rondvraag jJe heer vrjng beioogt, dat bij de aanschaffing van Ontslag lantaarnautomaten door een der leden is gevraagd om lantaarn- de lantaarnopstekers niet zoo maar op straat te zetten. opstekers ToezegMing is ,oen gedaan, dat die zaak zou wor- den overwogen en maatregelen zouden worden genomen. Hij is echter tot de treurige ontdek- king gekomen, dat 2 lantaarnopstekers, die een dienst- tijd hebben vanaf 14 October 1913 en 27 September 1913. ontslagen zijn met een halve week loon voor eik dienstjaar. Die menschen zijn naar huis gestuurd met een bedrag van f 28Spreker is van meening, dat men ze wel wat schriel heeft behandeld. Om een baantje voor die menschen te scheppen, ligt niet in de lijn van de zuinigheid, maar om menschen met 7 8 dienstjaren met f 28naar huis te sturen is de zui- nigheid op de spits gedreven, vooral waar de distri- butie ambtenaren met 3 maanden salaris zijn ontslagen terwijl deze tenslotte maar 2 3 dienstjaren hadden. Spreker vraagt. welke maatstaf hier is aangelegd. De Voorzitter deelt mede, dat Burgemeester en Wethouders art. 3b van het Werkliedenreglement heb- ben toegepast, omdat zij meenden, dat de iantaarnop- stekers volgens den reglementairen weg moesten wor- den ontslagen. Daarom is aan hen ook een vergoeding toegekend, zooals in dat artikel is geregeld. Volledig- heidshalve wordt nog onderzocht, of het toegekende bedrag juist is en of er misschien niet een abuis is in het aantal dienstjaren. De kwestie is echter dat het beginsel van art. 36 werkliedenreglement is toegepast.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1921 | | pagina 21