6 MEI 1921
55
De heer de Wilde zegt, dat blijkens art. 5 der ver-
ordening ten hoogste 10 pCt van het voorgeschreven
gewicht van het brood mag worden afgeweken. liij
vindt dit nog al veel, want een broodje van 5 ons
behoeft dus maar 4>£ ons te wegen. Bij een depôt-
houder heeft spreker een broodje laten halen en toen
bleek. dat dit werkelijk 10 pCt was beneden het ge-
wicht. hij zou daarom willen voorstellen deze afwij-
king terug te brengen tot 5 pCt of 7 pCt.
L)e heer Tromp zou ook hierover de vakmenschen
eerst willen hooren.
De Voorzitter vraagt, of dit misschien het gangbare
percentage daarvoor is. 't Is van belang de uniformi-
teit te bewaren.
De heer de Wilde vindt een afwijking van 10 pCt
te veel en stelt voor daarvoor te lezen 5 pCt.
De heer Tromp wenscht de verordening aan te
houden en te onderzoeken, of de mogelijkheid bestaat
deze verordening uit te voeren.
De Voorzitter verklaart niet te hebben gehoord, dat
in Haarlem bezwaren tegen de verordening zijn ge-
rezen.
De heer Van Unen zou het voorstel van den heer
Tromp wel willen ondersteunen, doch waar deze
voordracht is geplubliceerd zouden de bakkers- inge-
zetenen wel bezwaren hebben ingebracht, wanneer
werkelijk de verordening onuitvoerbaar zou zijn. Het
publiek had zich dan tegen de verordening in de
kranten of op andere wijze kunnen uiten, zooals bijv.
ook is gebeurd met de straatnamen,
De heer de Wilde ziet, wat betreft de kwaliteit van
het brood, geen bezwaar in de verordening. Hij heeft
alleen bezwaar tegen de afwijking van 10 pCt
De heer Van Unen voelt veel voor hetbezwaar van
den heer de Wilde.
Het voorstel van den heer Tromp om de verorde-
ning aan te houden en eerst advies te vragen van
de Heemsteedsche bakkers wordt verworpen met 9
tegen 4 stemmen, die van de heeren Tromp, Tates,
Van Unen en Van der Erf.
De heer Jhr. van de Poll vindt aanneming van het
voorstel van den heer de Wilde gevaarlijk tegenover
andere Qemeenten, die wel een afwijking van 10 pCt.
toestaan.