87
67
December 1921
MEMORIE VAN TOELICHTING
164
Transport f 42150.
17 f 26500—2000—
18 103000—4000—
19 140000—28000—
20 102000—5000—
21 99000—3000—
22 1400000—66000—
Totaal f 150150.--
Het hooger geraamde bedrag ad f 20000— wordt noodig geacht voor aflossing op spoedig te
sluiten leeningen.
Toelage Wed. A. Kersten f 2.per week f 104,-
Mej. E. M. Timmer f 3.per week 156.-
F. Waringa bij pensioen100.-
G. Bouman bij pensioen75.-
J. H. Snijder bij pensioen125.-
Raadsbesluit van 4 Maart 1909
28 Oct. 1910
20 Juli 1911
20 Mei 1914
6 Oct. 1914
f 560.-
De bijslag op toeiage en pensioenen ingevolge de
Pensioenwet voor de Gemeente Ambtenaren
1913 bedraagt vanaf 1 Oct. 1920, krachtens
raadsbesluit van 28 Dec. 1920, no. 128 voor
Wed. A. Kerstenf 78.
J. H. Snijder712.50
G. Bouman468.75
Mej. E. M. Timmer78-
Totaal
f 1337.25
f 1897.25 of afgerond op f 1900.
165
166
Bij raadsbesluit van 21 December 1920 is, ingaande 19 Aug. 1920 aan den heer H. J. M. Peeper-
korn als oud-Wethouder een pensioen verleend van f 206.25 per jaar, overeenkomstig het
bepaalde in de verordening van 5 Februari 1919, no. 4.
De gemeente betaalt voor alle ambtenaren, beambten en werklieden de pensioensbijdragen en den
inkoop voor pensioen, volgens Raadsbesluit van 30 October 1913, goedgekeurd door Gede-
puteerde Staten bij besluit van 7 Januari 1914, No. 3.
Voor de gemeentebedrijven worden de betaalde pensioensbijdragen in de gemeentekas teruggestort.
Een verhooging is noodig met het oog op verhooging van jaarwedden volgens dienstjaren, en inkoop
van tijdelijke diensten van gemeentepersoneel, alsmede tengevolge van de salaris- en loons-
verhooging van September 1920.
iVOLGNUMMER