26 0CT0BER1922
8
Artikel 19.
Hij die slacht of doet slachten en hij die slachtdie-
ren of vleesch ter keuring aanbiedt, of doet aanbieden
is verplicht de met de keuring belaste ambtenaren ten
behoeve van de keuring de noodige hulp te verleenen
zoo dit van hem verlangd wordt en toe te laten dat
door of vanwege deze ambtenaren ten behoeve van
de keuring vleesch, organen of deelen worden inge-
sneden, uitgesneden, medegenomen of aan andere
handelingen onderworpen.
Artikel 20.
Met inachtneming van het bepaalde in artikel 50
van het Koninklijk Besluit van 5 Juni 1920, Staatsblad
no. 285, worden bij de slachtdieren op de daarbij
genoemde organen en licliaamsdeelen merken aange-
bracht als volgt
a. op stieren, ossen, koeien pinken en eenhoevige
dieren met uitzondering van veulens, op elke lichaams-
helft ten minste 23 afdrukken en wel op de navol-
gende deelen
hals 1, ribbenspieren 3, klapstuk 2, dik klapstuk 1,
schouder 1, voorschenkel 1, binnenvlakte der ribben 2,
navelstuk 1, borst 2, vang 1, achterschenke! 1, bin-
nenveer 2, duimstuk 1, buitenveer 1, muisjel, lenden t
en harst 1
b. op vette kalveren op elke Iichaamshelft tenminste
10, n.I. achterschenkel 1, buitenveer 1, binnenveer 1,
vang 1, navel 1, borst 1, krop 1, schouder 1, en bin-
nenvlakte der ribben 2
c. op gras- en nuchtere kalveren en veulens op
elke lichaarnshelft ten minste 11, n.I. voorschenkel 1,
achterschenkel 1, duimstuk 1, binnenveer 1, harst I,
navel 1, borst 1, hals 1 en ribben 3;
d. op schapen, bokken en geiten op elke lichaams-
helft ten minste 9 en wel als volgtachterschenkel 1,
buitenveer 1, lenden 1, navel 1, ribben 3, schouder I
en hals 1
e. op varkens met uitzondering van speerrvarkens,
op eike iichaamshelft ten minste 18 en wel als volgt
voorschenkel 1, achterschenkel 1, hamschijf 2, binnen-
veer 1, lenden 1, inwendigen ribbenwand 3, zijden 4,
schouder 1, buik 1, reuzel 1, vang 1 en harst 1
f. op speenvarkens op elke lichaamshelft ten minste
6 en wel als volgt: voorschenkel 1, achterschenkel 1,
hamschijf 1, schouder 1 en zijden 2.