22 FEBRUARI 1923. 2 Artikel 3. Z. Behoudens het bepaalde in art. 2 is voor het be- graven verschuldigd I. In de grafsteden bedoeld bij art. 2 letter a letter b Voor het lijk van een persoon van \2 z^/ /6 jaar en daarboven f 2â-f Voor het lijk van een persoon van 1 /z. <5> jaar en beneden 12 jaar f h5. fW. o^f-,3 Voor het lijk van een persoon beneden 5 45 het jaar f b0.- f -5r- II. In grafsteden op het algemeene vak le klas. 2e klas. 3e klas. Voor het lijk van een persoon van 12 jaar en daar 4 boven f 30.f 20.f5-.— Voor het lijk vau een persoon van 1 jaar tot beneden /o 3 12 jaar f 20-.- f k2.f-4*. Voor het lijk van een persoon be- f a neden het jaar f H>.f 5.f-2-.— 5e ~zr. Artikel 4. 1. Ingeval van verlenging van het recht tot begra- ven in grafsteden, bedoeld in art. 2 letter b moet het verschuldigde bedrag worden betaald binnen één maand na den afloop van den termijn, waarvoor het recht was verleend. 2. Bij verzuim vervalt het recht en is de grafstede ter beschikking der gemeente. 3. Burgemeester en Wethouders maken belang- hebbenden vöör den afloop van het rechi op de be- paling van dit artikel opmerkzaam bij gewonen brief aan het adres van den gerechtigde vermeld in het register bedoeld in artikel 5 dezer verordening. Artikel 5. 1. Voor het te naam stellen van de grafsteden bedoeld in art. 2 wordt ter gemeente-secretarie een register gehouden. 2. Voor elke overschrijving van die grafsteden van den eenen op den anderen gerechtigde, wordt een recht geheven van f 3.voor elke boeking. a Q a J CCCl 1 C.11 UV.1IVWV1I J""* t- fi. o Z. 2

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1923 | | pagina 24