31 22 MAART 1923. Art. 12. De houder eener vergunriing tot het innemen van standplaatsen is verplicht, tegelijk met de eerste beta- ling der in het voorgaande artikel bedoelde vergoeding ten kantore van den Gemeente-Ontvanger voor elk moto rrijtuig, dat door hem krachtens vergunning van Burgemeester en Wethouders in zijn bedrijf wordt gebruikt, een waarborgsom te storten van f25. voor elk door paarden getrokken voertuig een waar- borgsom van f 10. Bij vermindering der waarborgsom door toepassing van art. 14, tweede lid, moet het daarvoor gestelde bedrag telkenmale binnen acht dagen na daartoe ge- dane aanmaning worden aangevuld. Art. 13. Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd bij het niet nakomen van één of meer der in deze artikelen genoemde voorwaarden, de door hen verleende ver- gunning in te trekken, zonder inachtneming van den in art. 3 bedoelden opzeggingstermijn. Noch bij intrekking krachtens art. 3, noch bij in- trekking krachtens dit artikel, zal de Gemeente tot eenige schadevergoeding verplicht zijn. Art. 14. Onverminderd de straffen bij de Algemeene Politie- verordening gesteld en onverminderd de bevoegdheid bij art. 13 aan Burgemeester en Wethouders gegeven, kan aan den houder eener vergunning bij het niet nakomen van een of meer der in deze artikelen ge- stelde voorwaarden, door Burgemeester en Wethou- ders een boete van ten hoogste flO.voor elke overtreding daarvan worden opgelegd. De boeten worden verhaald door inhouding op de waarborgsom. Gedaan ter openbare raadsvergadering van den 22 Maart 1923. De Secretaris, De Voorzitter,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1923 | | pagina 28