27 SEPTEMBER 1923. wordt voorgesteld met het toestaan van een half steens muur, gaat men naar den ergsten revolutiebouw. Tijdens den oorlog kon men den duren zandsteen niet betalen. Graniet enz. was ook te duur. Toenheb- ben de jonge architecten gemeend door het aanbren- gen van hout de schoonheid te dienen. Thans wordt het een algemeen iets, iedereen begint hout tegebrui- ken en allemaal vinden ze 't mooi, maar door het maken van een half steens muurtje krijgt men een echten revolutiebouw. Volgens de teekening maakt men slaapkamers met een half steens muurtje, terwijl volgens art. 44 van de bouw- en woningverordening een half steens muur niet geoorloofd is. Volgens dat artikel is een muur van 11 c.M., dus een half steens muur, alleen geoorloofd voor muren boven den be- ganen grond, welke niet hooger zijn dan 3.20 M., mits die muren niet zijn buitenmuren van een tot woon- of slaapvertrek te bestemmen ruimte. Spreker zegt, dat men nu ook al een half steens muur wil toestaan voor muren hooger dan 3.20 M. De eerste verdieping wordt van steen gemaakt en de tweede van hout, niet omdat het mooi is, maar omdat het minder centen kost. Spreker zou willen voorstellen, dit in geen geval aan te nemen. Hij heeft er geen bezwaar tegen, dat Burgemeester en Wethouders voortaan afwijking verleenen, maar wel, dat met een half steens muur gebouwd mag worden. De heer Baron van Hardenbroek zegt, dat zich thans het merkwaardig feit voor doet, dat hij het eens is met den heer Jorritsma. Hij heeft geen bezwaar tegen het voorstel om toe te staan, dat bij wijze van versiering hout tegen de gevels wordt aangebracht, maar het bouwen met half steens muren kan aanlei- ding geven tot revolutiebouw. Spreker vindt het dwaasheid om op steen nog hout aan te brengen, maar als men daar liefhebberij in heeft, dan heeft spreker er geen bezwaar tegen. Het bouwen met een half steens muurtje zou hij echter niet willen toeslaan. De Voorzitter deelt mede, dat Burgemeester en Wethouders de bezwaren van den lieer Jorritsma ook eenigszins inzien. De adviseurs van Burgemeester en Wethouders achten een halven steens muur met hout- bekleeding, zooals door adressant wordt gevraagd, wel sterk genoeg, maar 't lijkt Burgemeester en Wet- houders thans ook beter toe een steens muur voor te schrijven. De heer De Wilde zegt, dat men ook steens muren heeft van 18 c.M. dikte. De heer Jorritsma deelt mede, dat 18 c.M. dikte is toegelaten voor scheidingsmuren.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1923 | | pagina 9