69
20 DECEMBER 1923
a. bij het inrijden van een zijstraat of -weg de
daartoe te maken bocht naar rechts in kleinen boog,
de daartoe te maken bocht naar links in grooten boog
te beschrijven
b. een ander voertuig ontmoetende bijtijds naar
rechts uit te halen
c. een ander voertuig voorbijrijdende naar links
en voorbij gereden wordende bijtijds naar rechts uit
te halen
d. eike wending tot het links voorbij rijden niet
eerder uit te voeren, dan tot het doel strikt noodza-
kelijk is
e. het voorbijrijden van een ingehaald voertuig
niet te doen plaats hebben in de gevallen genoemd
sub a
f. bij het naderen van op rails loopende tramrij-
tuigen bijtijds zoodanig uit te halen, dat die rijtuigen
ongehinderd hunnen weg kunnen vervolgen
g. bij het berijden van een weg, bestaande uit
twee parallel liggende deelen, het voor hen rechts
liggende deel van dien weg te houden.
Art. llc.
Een ieder is verplicht zich bij het naderen van een
of meer op rails loopende tramrijtuigen bij tijds van
de trambaan te verwijderen.
Art. lld.
Het is verboden op zoodanige wijze of met zoo-
danige snelheid over den openbaren weg te rijden,
dat de vrijheid of de veiligheid van het verkeer al-
daar wordt belemmerd of in gevaar gebracht.
Art. lle.
Het is verboden te rijden, waar wegens opbreken
der bestrating of om andere redenen het verkeer is
gestremd en zulks door een zichtbaar teeken is aan-
geduid.
Art. llf.
Het is den bestuurder van een voertuig verboden
a. een krachtens openbare kennisgeving van Burge-
meester en Wethouders voor het verkeer met alle of
met een bepaald soort voertuigen gesloten gedeelte
van den openbaren weg binnen de bebouwde kommen
der gemeente met de bij die kennisgeving bedoelde
voertuigen te berijden
b. een gedeelte van den openbaren weg, dat krach-
tens openbare kennisgeving van Burgemeester en
