36 15 APRIL 1924 2. Hoofdstuk III „Orde en Veiligheid" aan te vul- len met eene nieuwe afdeeling, luidende Afdeeling III. Natuurschoon. Art. 38a. Het is den eigenaar of gebruiker van eenig onroe- rend goed in het niet landelijke gedeelte dezer ge- meente verboden lo. daarop of daaraan te hebben muren, getim- merten, borden of andere voorwerpen, bestemd en gebezigd tot reclame 2o. het onroerende goed op eenige andere wijze te bezigen tot reclame. Overtreding van het bepaalde in dit artikei wordt gestraft met geldboete van ten hoogste vijf en twin- tig gulden. Art. 38b. Het verbod in het vorig artikel is niet van toepas- sing lo. in zoover het geldt reclame voor zaken, die worden vervaardigd of verhandeld, of voor bedrijven, die worden uitgeoefend op of in het onroerend goed 2o. tot 1 Januari 1925 in zoover het geldt eene reclame, waarvan blijkt, dat zij op het tijdstip van het inwerking treden dezer verordening aanwezig was 3o. in zoover Burgemeester en Wethouders vrij- stelling van het verbod hebben verleend overeenkom- stig het in art. 38c bepaalde. Art. 38c. De vrijstelling bedoeld in art. 33b, 3o, kan door Burgemeester en Wethouders enkel worden verleend wanneer naar hun oordeel hierdoor de schoonheid van de omgeving niet wordt geschaad. Aan de vrijstelling kunnen voorwaarden worden verbonden zij kan te allen tijde worden irigetrokken. Art. 38d. Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd te doen wegnemen hetgeen in strijd met deze afdeeling is aangebracht. Dit geschiedt niet dan ten minste acht dagen nadat de belanghebbende schriftelijk is ge- waarschuwd. Gedaan ter openbare raadsvergadenng van den 15 April 1924 De Secretaris, De Voorzitter.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1924 | | pagina 15