47
22 MEI 1924
in verband met de hun opgedragen werkzaamheden,
nader door Burgemeester en Wethouders mochten
worden gegeven.
Artikel 17.
De schoolarts is gehouden voordrachten en cursus-
sen te houden over schoolhygiëne voor het onderwij-
zend personeel, indien hem dit door Burgemeester en
Wethouders wordt opgedragen.
Artikel 18.
De schoolartsen worden telkens voor den tijd van
vijf jaren benoemd door Burgemeester en Wethouders.
Zij treden op hetzelfde tijdstip af. Hij, die benoemd
wordt ter vervulling van eene tusschentijdsche open
gevallen plaats, treedt af op het tijdstip, waarop degene,
in wiens plaats hij benoemd is, had moeten aftreden.
De aftredenden zijn herbenoembaar.
De schoolartsen worden door Burgemeester en Wet-
houders geschorst en ontslagen.
Artikel 19.
Schorsing kan voor niet langer dan drie opeenvol-
gende maanden plaats vinden. De schorsing geschiedt
al of niet met behoud van de belooning.
Artikel 20.
Ontslag op eigen verzoek behoeft niet verleend te
worden, indien het verzoek niet ten minste drie maan-
den voor den datum waartegen het ontslag gevraagd
wordt, is ingediend. Ingeval van vervroegd vertrek
zorgt de schoolarts ten genoegen van Burgemeester
en Wethouders en op eigen kosten voor een vervanger.
Artikel 21.
Ontslag, anders dan op eigen verzoek, heeft slechts
plaats met ingang van drie maanden na den dag,
waarop het besluit tot ontslag ter kennis van belang-
hebbende is gebracht
Aan belanghebbende wordt in dit geval boven de
belooning toegekend een bedrag, gelijkstaande aan
de belooning berekend over een tijdvak van drie
maanden.
