/3 OCTOBER 1924
van een toegangsbewijs, dat vanwege de gemeente is
verstrekt of gestempeld.
Het toegangsbewijs moet, gedurende de voorstelling
door de bezoekers worden bewaard.
Met uitzondering van de houders van doorloopende
toegangsbewijzen, die op vertoon van hun bewiis
gedurende den geheelen termijn, waarvoor het is
uitgegeven, toegelaten mogen worden, mogen personen
die voorzien zijn van een toegangsbewijs, dat reeds
voor een vroégere voorstelling of uitvoering gebruikt
is, niet toegelaten worden. Elk bewijs, in den vorm
van coupon, van programma of in welken anderen
vorm ook opgemaakt, moet aanwijzing van het wer-
kelijk daarvoor verschuldigde bedrag bevatten, en
indien er verschillende ra'ngen zijn, van den rang,
waarvoor het geldig is.
Ondernemers van openbare vermakelijkheden kunnen
op aanvraag van de gemeente registers voor af te
geven toegangsbewijzen verkrijgen, of kunnen hunne
bewijzen, mits deze door den controleur der gemeente-
fiuanciën zijn goedgekeurd, ter stempeling aan het
bureau van den Controleur inleveren.
Wordt verstrekking van kaarten van gemeentewege
verlangd, dan behoort de aanvraag daartoe minstens
acht dagen vöör dat daarvan gebruik wordt gemaakt,
te worden gedaan ten kantore van den Controleur der
gemeente-financiën. De kosten daarvan worden door
de ondernemers aan de gemeente-vergoed.
Doorloopende toegangsbewijzen moeten vöör de
uitreiking ter stempeling worden aangeboden.
Voor de toepassing van art. 265b en art 265c der
Gemeentewet treedt de Controleur der gemeente-finan-
ciën in de plaats van den Raad, van Burgemeester en
Wethouders en van den Burgemeester.
Datum inwerkingtreden.
Art. 10.
Deze verordening treedt in werking op 1 Januari 1925.
Alsdan vervalt de verordening op de heffing eener
belasting op openbare vermakelijkheden vastgesteld
door den Gemeenteraad den 24 November 1921, no. 75.
Gedaan ter openbare raadsvergadering van den
October 1924.
De Secretaris. De Voorzitter,
Art. 8.
Slotbepaling.
Art. 9.