11 DECEMBER 1924
245
van de verschillende opmerkingen. In de eerste plaats
brengt hij een woord van dank aan den heer Van Unen
voor diens woorden van hulde. Deze spreker heeft ge-
vraagd naar de beteekenis van pro memorie posten. De
meening van B. en W. daarover is een soort werk-
programma op te stellen. Wat daarvan sympathiek door
den Raad wordt ontvangen, zal later door B. en W. in
nadere plannen en begrootingen worden uitgewerkt. Het
is dus een leiddraad voor B. en W. De Raad blijft na-
tuurlijk geheel vrij om later te zeggen, dat hij er zoo'n
bedrag niet voor in 't hoofd heeft. Nu kan men wel
vragen, waarom niet aile voorgenomen werken voor p. m.
zijn uitgetrokken, omdat er nog wel meer zijn dan de
hier genoenrde, maar dat is misschien een uiting van
zuinigheid. Alleen die werken zijn genoemd, die vooral
voor werkverschaffing in aanmerking komen en waarvan
de urgentie op den voorgrond treedt. De heer Jorritsma
heeft geprotesteerd tegen de te late toezending van stuk-
ken. De agenda is wel is waar Maandag toegezonden,
maar spreker heeft reeds den vorigen Donderdag gezegd,
dat er vandaag weer raadsvergadermg zou zijn. B. en W.
zijn wel bereid de door den heer Jorritsma genoemde
werkmethode op te volgen om voortaan het verslag der
Financiëele Commissie met het antwoord van Burge-
meester en Wethouders aan de leden toe te zenden. Voor
dezen keer zou het te laat geworden zijn. Wat betreft de
opmerking omtrent de secties, zegt spreker, dat dit heel
mooi klinkt en grootsteedsch is, maar dat hier de opvat-
t!ng is, dat de Fin. Commissie als 't ware een sectie is.
Deze onderzoekt de zaak goed. Men kan de begrooting
wel in secties behandelen, maar spreker weet niet, of dat
beter is. De Commissies, die de zaak onderzoeken en aan
B. en W. adviseeren, zijn ook eenigszins de auteurs van
de begrooting. Dan zijn er van het klachtenlijstje van den
heer Jorritsma heel wat punten, die volle aandacht ver-
dienen. De opmerking omtrent de Arbeidsbeurs zal
spreker onderzoeken. Mocht de werkwijze niet strooken
met den geest van den Raad, dan zal hij die opmerking
zeker ter harte nemen. Verder acht deze spreker het
schoolgeld niet juist en ook de inkomstenbelasting niet.
Daar kan lang en breed over gepraat worden, maar dat
zal nu niet veel geven. AIs de heer Jorritsma meent, dat
daar een wijziging in gebracht moet worden, dan lijkt het
hem beter toe, dat deze daarover met een voorstel komt.
Dat B. en W. niet sympathiek tegenover den woningbouv/
staan, moet de Voorzitter tegenspreken. Van een chica-
neeren pf plagen is bij dit college geen sprake. Wel
wordt de zaak ernstig onderzocht en zijn B. en W. nog
aan het onderzoeken. B. en W. wenschen in begmsel
alleen mede te werken aan den bouw van woningen met