11 DECEMBER 1924 281
toch ook wel iets aardigs, een ornamentje en bioempje
of wat dan ook. Men kleedt zich toch ook niet altijd in
het zwart, maar trekt ook wel eens iets fraais aan en
daarom vindt hij, dat men in de gemeente ook wel eens
iets fraais mag hebben.
De heer Van Unen: „AIs men het betalen kan!"
De heer De Boer zegt, dat Heemstede toch geen
noodlijdende gemeente is. Als men met niet zooveel kos-
ten iets heel fijns kan krijgen, is spreker daar wel voor.
De heer Jorritsma vraagt, of ook de politie, die toe-
zicht houdt in den Hout, daaruit betaald wordt.
De Voorzitter zegt, dat dit wel dezelfde menschen zijn,
maar dat die uit een anderen post worden betaald.
De heer Van der Erf geeft toe, dat men wel eens iets
fraais mag hebben, maar door de natuur is er al zooveel
fraais in Heemstede, dat er niet meer bij behoeft. Een
weide met koeien is ook mooi en menschen, die graag
herten willen zien, kunnen naar den Hout gaan, waar
een reuze-hertenkamp is. Hij zal er zijn stem niet aan
geven, om hier ook een hertenkamp op te richten.
De heer Dr. Droog zegt, dat de ervaring heeft ge-
leerd, dat als er koeien loopen, de weide er niet mooi
uit ziet. Men kan nu door uitdieping van de weide tevens
de Molenlaan verbreeden, hetgeen zeer nuttig is.
De heer De Breuk stelt voor den post van 1250.
voor een hertenkamp en den post van f 2500.voor een
voetpad en een rijwielpad Iangs de Sparrenlaan te
schrappen.
De heer Tromp zegt, dat in Overveen een prachtig
weiland is met mooie koeien. Hij noemt het misleidend
om f 1200.— te ramen voor een afscheiding. Eerst
raamt men dit en dan dat. Hij laat zich geen apekool
verkoopen en noemt het geld weggooien. Hij geeft in
overweging er maar apen op te ^etten.
De Voorzitter zegt, dat van misleiding geen sprake is.
Hij verzoekt den heer Tromp dit woord terug te nemen.
De heer Tromp vraagt, wat voor het noorden wordt
gedaan. Alleen zijn daar plaatsen, die men heeft opge-
graven, zooals aan den Leidschevaartweg. Hij vindt,
dat het noorden ook mee mag spreken, omdat dat ook
mee heeft te betalen de onnutte uitgaven, die men thans
voor het zuiden wil doen.
De Voorzitter kan zich begrijpen, dat de een een uit-
gaaf nuttiger vindt, dan een ander. Spreker zal thans
eerst in stemming brengen het voorstel om den post voor
het hertenkamp te schrappen.
Dit voorstel wordt verworpen met 8 tegen 5 stemmen,
die van de heeren Van Unen, Tromp, Breed, Van der Erf
en De Breuk.
Daarna kornt in behandeling het verharden van het
pad naar de Belvédêre.