11 DECEMBER 1924. 285 dat de billijkheid ook betracht zou zijn, als men enkel betaalt de rente van nog niet afgeloste gelden. Het voor- stel van B. en W. vindt hij wel wat royaal. Hij acht het ,,plus royaliste que le roi" om rente te betalen van afge- loste schuld. Hij zou willen voorstellen om het laatste gedeelte van het voorstel te lezen: ,,alsmede de rente van opgenomen en nog niet afgeloste gelden van be- staande scholen en de afschrijving op die gebouwen." De heer Dr. Droog gelooft, dat dit moeilijk uit te inaken is. Er bestaan geen dure gebouwen. Ook de loka- len, waarin de Katholieken bewaarschoolonderwijs ge- ven, zijn lang niet van groote waarde. De heer De Breuk is het eens met den neer Jorritsma. Gaat men den kant uit, dien B. en W. willen, dan kan men er niet aan ontkomen, dat men én in het noorden ên in het zuiden ook een openbare fröbelschool zal moeten stichten. Hij schrikt terug van al die kosten en is daarom tegen het voorstel. De heer Van der Erf is het heelemaal niet eens met de heeren Jorritsma en De Breuk, dat dit voorstel tenge- volge moet hebben het oprichten van een openbare frö- belschool. AIs de ouders hun kinderen niet naar een Christelijke of Katholieke bewaarschool willen zenden, waarom zoo vraagt spreker slaan deze ouders dan de handen niet ineen om een bijzondere neutrale be- waarschooî op te richten? Waarom moet dit juist een openbare school worden? De heer Jorritsma wil niet veel antwoorden op het- geen door den heer Van der Erf is gezegd. Hij wil er alleen op wijzen, dat door Dr. Nolens is gezegd, dat het openbaar onderwijs niet verzwakt mag worden. Het openbaar voorbereidend onderwijs zal hij daar ook wel bij bedoeld hebben. De Voorzitter wijst er op, dat dit onderwijs niet in de wet geregeld is. De heer Jorritsma zegt, dat dit bij elkaar behoort. Men schijnt het openbaar onderwijs te willen nekken. Men is hier altijd voor de posten betreffende het bijzonder on- derwijs, maar zoodra het openbaar onderwijs betreft, wordt gezegd: „het kan wel neutraal onderwijs worden", hetgeen zooveel wil zeggen als: „we moeten van het openbaar onderwijs af". De heer De Boer constateert, dat de heer Jorritsma in 7 dagen tijds erg veranderd is. Zeven dagen geleden heeft hij op loyale wijs bedankt voor het nieuwe gymnas- tieklokaal bij de openbare school en nu spreekt hij van nekken van het openbaar onderwijs. De Voorzitter vindt ook, dat deze zaak nog geen in- vloed behoeft te hebben op het openbaar onderwijs. De bijzondere Protestantsche bewaarschool voldoet met aan

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1924 | | pagina 50