49
20 MEI 1926.
voor werd bepaald af te lossen, met dien verstande
evenwel, dat indien van deze bevoegdheid gebruik
wordt gemaakt vöör dat vijf aflossingen hebben plaats
gehad, de aflossing zal geschieden tegen den koers
van 101 pCt. Van het voornemen tot vervroegde af-
lossing zal minstens drie maanden te voren aan de
Rijkspostspaarbank moeten worden kennis gegeven.
De sommen, welke boven de genoemde aflossings-
bedragen worden terugbetaald, zullen worden afge-
schreven van de laatste termijnen der periodieke af-
lossingen.
3. de betaling der rente zal halfjaarlijks plaats
hebben op nader door Burgemeester en Wethouders
in overleg met de Rijkspostspaarbank vast te stellen
data, naar den voormelden rentevoet, telkens over de
op die vervaldagen verschuldigde hoofdsom
4. de gemeente zal bij nalatigheid in de voldoening
der voor aflossing of rente verschuldigde sommen aan
de Rijkspostspaarbank eene vergoeding verschuldigd
zijn berekend naar den maatstaf van öL4 procent per
jaar over het bedrag der achterstallige termijnen
5. de gemeente zal in gebreke zijn door het enkel
verloop van den bepaalden termijn zonder dat eenige
ingebrekestelling zal zijn vereischt. Zij zal zich niet
op schuldvergelijking kunnen beroepen. De toereke-
ning van alle betalingen geschiedt het eerst op de
kosten en vergoedingen, vervolgens op de rente en
het laatst op de hoofdsom
6. de Rijkspostspaarbank blijft geheel vrij, om, in-
dien eenige rente- of aflossingstermijn niet op den
bepaalden tijd mocht worden voldaan, alle zoodanige
maatregelen te nemen tot behoud van hare rechten of
verhaal van hare vorderingen als de wet te harer be-
schikking stelt en haar noodig of nuttig zuilen voor-
komen
7. de geldleening zal worden aangegaan op een-
voudige schuldbekentenis, waarvan de kosten komen
ten laste van de gemeente
8. ter verzekering van de geregelde belaling der
verschenen renten en der verplichte aflossingen wor-
den de daartoe vereischte sommen jaarlijks op de
begrooting van de gewone inkomsten en uitgaven der
gemeente gebrachtalle middelen der gemeente zijn
daarvoor verbonden.
Oedaan ter openbare raadsvergadering van den 20
Mei 1926.
De Secretaris
De Voorzitter,