24 JUNl 1926.
128
stuk land aan het einde van de Curiestraat, hij toch
meent, dat daarop zoo niet gespeeld kan worden,
want dat het gras veel te lang is en de slooten aldaar
niet zijn afgezet.
De Voorzitter antwoordt, dat Jansen zeker wel zorg
zal dragen. dat het gras er spoedig afgehaald wordt.
Afzetting van de slooten brengt nog al wat moeilijk-
heden met zich, misschien willen verschillende kleine
jongens daarin wel visschen met een hengel.
Mevr. Hoekstra is van oordeel, dat deze slooten
geen gevaar opleveren.
De heer De Boer zou nog willen vragen, of dr
gemeente met de betaling van de huur voor dit terrein
er af is, of dat er soms nog weer verschillende andere
dingen bijkcmen als een schutting, tamelijk dure brug,
gemakhuisje enz.
De Voorzitter antwoordt hierop, dat het alleen de
bedoeling is, dat door de gemeente een eenvoudig
vlondertje wordt gemaakt als toegang tot het tcrrein,
wat ook met den verhuurder is overeengekomen. Of
dit terrein als speelveld levensvatbaarheid zal hebben,
is op het oogenblik niet te voorspellen. Misschien
dat eene Vereeniging of Buurtcomrnissie in het Noor-
den zicli aanstonds wil belasten met de exploitatie
van dit terrein, wat men ook heel vaak in andere
plaatsen ziet met gunstig resultaat en dan op die ma-
nier weet te verschaffen, waaraan behoefte blijkt te
bes'aan.
Mevr. Hoekstra zegt, dat zij inet het terrein volko-
men accoord gaat, doch zou willen vragen om als
toegang een bruggetje met leuning te willen maken.
De heer Van Unen wenscht nog te wijzen op de
ervaring, die de gemeente heeft opgedaan bij de be-
schikbaarstelling van een speelterrein bij de Emauslaan.
Dit is toen een mislukking geworden, omdat dit ter-
rein meest in beslag werd genomen door grootere
jongens als voetbalveld. Spreker zou willen vragen,
of het in de bedoeling ligt, dat maatregelen worden
genomen, dat dit terrein ook weer niet uitsluitend
door voetbalclubs in beslag wordt genomen, doch dit
terrein werkelijk voor de kinderen wordt bestemd.
De Voorzitter deelt mede, dat het in de bedoeling
ligt de kleine kinderen aan den voorkant van het
terrein te laten spelen en de grootere op het achter-
stuk. Op het terrein zelf is een zekere verdeeling
duidelijk zichtbaar en verder zal moeten blijken, hoe
een en ander loopt.
Mevr. Hoekstra maakt nog een opmerking over het
wegruimen van de mest, indien 's nachts paarden op
het terrein zijn toegelaten.
