23 SEPTEMBER 1926.
176
daf de begrooting niet als verdediging kan gelden,
daar het saldo al enkele jaren achtereen in het voor-
deel der gasfabriek is uitgevallen, terwijl de voorge-
stelde regeling geen conservatieve, doch een demo-
cratische zou zijn. Spreker zou deze woorden verder
niet willen bezigen, doch er alleen op willen wijzen,
dat het voorstel ontegenzeggelijk steeds gunstiger
wordt voor de grootere verbruikers, terwijl de kleine
verbruikers feitelijk slechts een zeer klein voordeel
daarvan zullen genieten. Spreker wil er dan ook met
nadruk op wijzen, dat wanneer er werkelijk aanleiding
zou hebben bestaan om den gasprijs te verminderen,
dit zeker was gedaan, doch in de gegeven omsfan-
digheden moet spreker de invoering van een diffe-
rentieel tarief ten sterkste ontraden. Zooals in het
advies is uiteengezet, zou de geraamde winst daardoor
veranderen in een verlies van plm. f 15000 Zoowel
Hurgemeester en Vyethouders als de Gascommissie
hebben dit voorstel zeer ernstig bekekett en spreker
acht in aansluiting met het gesprokene door den heer
Van Unen, het wel noodig er op te wijzen, dat het
er niet rooskleurig voors'aat, waarbij zeer zeker moet
worden gelet op de geldende kolenprijzen.
Op de begrooting voor 1926 is een kolenprijs van
f 13.25 per ton geraamd en op de ontwerp-begrooting
voor 1927 van f 13 per ton, terwijl op het oogen-
blik reeds prijzen van f 15.50 per ton worden bedon-
gen en dit ook reeds hier is betaald om gedekt te
zijn voor levering. Verwacht wordt, dat nog hoogere
prijzen zullen worden bedongen en men heeft daar
mede zeker rekening te houden, daar deze factoren
de wervels vormen in de ruggegraat van het Gasbe-
drijf. De andere heeren hebben over het voorstel
verschil van meening geuit en de heer Chapon wil
het voorstel van den heer Van der Erf e.a. splitsen.
Wel wil ik er nog op wijzen, vervolgt spreker, dat
uit de iniichtingen, die verkregen zijn uit de gemeenten,
die de voorstellers zelf hebben genoemd, gebleken is,
dat daar het differentieel tarief, zooals dat hier is
voorgesteld, niet bestaat.
In Rotterdam wordt reductie verleend boven een
verbruik van 1200 M3 per jaar. In Groningen boven
200 M3 per maand en in Tilburg boven 60 M3 per
maand. Apeldoorn, Leeuwarden en Middelburg ver-
leenen geen reductie, Zwolle boven 100 M3 per maand,
terwijl het in Amersfoort aan Burgemeester en Wet-
houders is overgelaten bepaalde contracten af te slui-
ten. Deventer en Vlaaidingen verleenen reductie boven
een verbruik van 1000 M3 per jaar. Alleen in Venlo
geldt een differentieel tarief, doch aldaar moet voor